Vlaar: "Moet nu ook een kerel zijn"
Ron Vlaar speelde een ijzersterke wedstrijd namens het Nederlands elftal tegen Argentinië. Toch houdt de centrale verdediger een rotgevoel over aan de halve finale.
Argentinië en Nederland waren aan elkaar gewaagd in de halve finale. Na 120 minuten voetbal en een doelpuntloze tussenstand, moesten strafschoppen uitwijzen wie naar de finale zou gaan. Argentinië nam de strafschoppen beter dan Oranje. Vlaar nam als eerste plaats achter de bal en zag doelman Sergio Romero zijn inzet keren.
Doordat aanvoerder Robin van Persie al gewisseld was, moest iemand anders de eerste strafschop nemen. Vlaar voelde zich goed en sprak met bondscoach Louis van Gaal. "Hij vond dat ik heel goed speelde, ik zei dat ik meer wilde. Hij vroeg of ik de eerste wilde nemen. Ik loop nooit weg voor mn verantwoordelijkheid. Ik was niet echt nerveus, wel geconcentreerd. Had mijn hoek al gekozen. Misschien had ik langer naar de keeper moeten kijken, maar dat is achteraf."
Vlaar was in de aanloop naar het duel met Argentinië een vraagteken vanwege een knieblessure. "Tijdens de wedstrijd heb ik er totaal geen last van gehad. Maar dat wist ik van tevoren", zei Vlaar na afloop tegenover de NOS. "Er moest heel wat gebeuren wilde ik deze wedstrijd niet spelen."
De verdediger van Aston Villa speelde een fantastische wedstrijd. "Dat gevoel overheerst nu niet", aldus Vlaar. "Ik weet dat ik lekker in de wedstrijd zat. Maar we staan nu met lege handen. Dat is pijnlijk, maar helaas hoort het bij topsport. Ook dan moet je een kerel zijn. Deze doet veel pijn. Het is een droom die uiteen spat. Hier heb ik alles voor opzij gezet. Dat het hier nu eindigt is heel triest."
Zaterdag komt Oranje nog een keer in actie. Brazilië is de tegenstander in de strijd om de derde plaats. Naar die wedstrijd staat het hoofd van Vlaar nog even niet. "Die wedstrijd komt echt wel. We gaan ons voor die wedstrijd met zijn allen opladen. Maar er is maar één ding dat telt en dat is de eerste plaats. Daar heb ik alles voor gedaan. De hele ploeg, de hele staf. Het is een eer om daar onderdeel van uit te maken."
