Syriëganger pleegde aanslag Brussel

De man die verdacht wordt van de schietpartij in en bij het Joods Museum in Brussel, waarbij vorige week zaterdag drie mensen om het leven kwamen, heeft de aanslag in een videoboodschap opgeëist. Dat heeft een woordvoerder van het Belgisch federaal parket zondag op een persconferentie gezegd. De Fransman werd vrijdag opgepakt in de Franse stad Marseille.

De 29-jarige Mehdi Nemmouche werd opgepakt tijdens een routinecontrole op drugs bij een bushalte in Marseille. Hij was toen net uit een bus uit Amsterdam gestapt. Hij had onder meer een camera bij zich met daarop beelden van zijn wapens. In de video verklaart hij de aanslag te hebben gepleegd. Behalve een camera had Nemmouche een kalasjnikov, een pistool en een grote hoeveelheid munitie bij zich. Het pistool is van hetzelfde type als bij de aanslag in de Belgische hoofdstad werd gebruikt.

De man heeft waarschijnlijk banden met moslimextremisten die in Syrië strijden tegen de regering van Bashar Assad. Nemmouche vocht vorig jaar zelf aan de zijde van de jihadisten in het land. In zijn eigendommen trof de politie een insigne van het Islamitische Leger in Irak en de Levant aan, een radicaalislamitische organisatie die actief is in Syrië. Zijn wapen was in een vlag daarvan gewikkeld.

Het federaal parket wijst erop dat de aanslag bewijst dat uit Syrië teruggekeerde strijders een gevaar vormen voor de veiligheid in Europa.

Tot nu toe heeft de verdachte geen woord tegen de politie gezegd. In 2008 en 2009 werd Nemmouche in Frankrijk opgepakt en veroordeeld wegens diefstal en betrokkenheid bij een gewapende overval. Hierna zou hij in rap tempo zijn geradicaliseerd.

Nammouche wordt verdacht van moord, poging tot moord en banden met een terroristische organisatie. Uit een huiszoeking bleek dat hij zich een tijdlang ophield in de Belgische stad Kortrijk. De Franse en Belgische autoriteiten buigen zich de komende tijd samen over de zaak.