FOK!toen: Het bombardement van Nijmegen

Vandaag is het alweer 70 jaar geleden dat Nijmegen getroffen werd door een verwoestend bombardement. Dinsdag 22 februari 1944 zou voor veel landgenoten de zwartste dag in de Tweede Wereldoorlog worden, toen vier Nederlandse steden getroffen werden door een plotselinge reeks volstrekt zinloze bombardementen, tot grote verbijstering van het volk uitgevoerd door eskaders van onze bondgenoot Amerika. Bij het bombardement van Nijmegen op 22 februari 1944 verloren meer dan 800 Nijmegenaren het leven en veel van het oude hart van de stad werd verwoest. Hoe kon het zover komen?

Uit het Dagblad van het Zuiden van 24 februari 1944 2
Uit het Dagblad van het Zuiden van 24 februari 1944

Operatie Argument
Voor de oorzaak van de bombardementen van Nijmegen, Arnhem, Enschede en Deventer moeten we terug naar oktober 1943. In die maand werd een plan bekendgemaakt waarbij de geallieerde luchtmacht een grootse aanval zouden uitvoeren op Duitsland, om de gehele vliegtuigindustrie te vernietigen. Er was duidelijk veel vertrouwen in het resultaat van deze luchtactie en de Amerikaanse luchtmacht was bereid om driekwart van haar vliegtuigen en bemanning te offeren voor deze kwestie.

De verwezenlijking van het plan was in grote mate afhankelijk van het weer. Operatie Argument zou alleen doorgezet kunnen worden als het helder vliegweer was en ook het doelgebied niet onder een wolkendek verborgen lag. Dit waren omstandigheden die vrij zelden voorkwamen en zo werd er vanaf dat moment constant rekening gehouden met het feit dat de operatie elk moment kon gaan plaatsvinden. In eerste instantie werd het idee geopperd om de lokale bevolking te waarschuwen met strooibiljetten, maar men zag daar vanaf omdat dan ook de vijand op de hoogte zou zijn van de komende situatie.

Uit het weekblad van de NSB (Volk en Vaderland) van 25 februari 1944
Uit het weekblad van de NSB (Volk en Vaderland) van 25 februari 1944

De doelen
Bij de voorbereidingen van D-day hadden de geallieerden ontdekt dat het vrij essentieel zou zijn om eerst de Duitse Luchtmacht te verzwakken. Hiervoor werd Operatie Argument bedacht. Het doel van de operatie was het uitschakelen van grote industriële complexen. Zo hadden de RAF en de USAAF hun vizier gericht op steden als Leipzich, waar de grootste productiefabriek van de Messerschmitt 109 toestellen stond en een belangrijke kogellagerfabriek. Daarna zou het de beurt zijn aan de complexen Oscherleben, Ascherleben, Gotha en Halberstadt, waar een- en tweemotorige jachtvliegtuigen werden gemaakt. Ook stond de stad Bernburg, waar de Junker Ju-88 voor de Luftwaffe werden geassembleerd, op de lijst van doelwitten, net als Stuttgart, waar een enorme kogellagerfabriek stond, die al meerdere malen was aangevallen.

Operatie Big Week
Op 20 februari begon operatie Big Week. Hoewel de weersvoorspellingen voor die dag goed waren, ging het eigenlijk al heel snel mis: door het hoge wolkendek konden de vliegtuigen niet goed verzamelen en raakten veel vliegers elkaar al vlak na het opstijgen kwijt. Een groot deel van de deelnemende vliegtuigen besloten ook al na een kwartier om de missie af te breken. Toen bleek er nog een groot probleem te zijn. De Amerikaanse luchtmacht gebruikte een storingsapparaat genaamd Mandrell om de Duitse radar in de war te brengen. Het apparaat had echter de nare eigenschap om ook het communicatieverkeer tussen de verschillende USAAF eenheden te verstoren. Hierdoor ontvingen sommige eenheden niet de 'recall' en gingen door met de geplande aanval.

Het grootste probleem was echter de vastzittende zendsleutel van een van de radiotelegrafisten. Hierdoor bleef deze op zenden staan en drukte zo anderen die in de buurt vlogen weg, zodat deze niet in staat waren om hun order te bevestigen. Ook waren er de nodige sneeuwstormen die het radioverkeer stoorden. Als gevolg hiervan ontvingen sommige toestellen hun 'recall' eerder dan anderen en gingen op zoek naar een geschikt doelwit. Door het dikke wolkendek boven Duitsland hadden de navigators geen idee waar ze zich bevonden. Toen het landschap door de wolken te zien was hadden de mannen geen idee dat ze alweer boven Nederland vlogen.

Uit het Dagblad van het Zuiden van 24 februari 1944
Uit het Dagblad van het Zuiden van 24 februari 1944

Het bombardement op Enschede
De 448ste Bombardementsgroep was gestationeerd in het plaatsje Seething, in het Engelse graafschap Norfolk. De groep had op 22 december 1943 haar eerste missie gevlogen en had zodoende nog maar weinig ervaring. Op 22 februari was het de 448ste Bombardementsgroep die gedurende de gehele missie keurig in formatie bleef en die ook als enigen een aanval 'als uit het boekje' hadden uitgevoerd. Op weg naar Gotha had de eenheid dan ook maar weinig last gehad van afweergeschut en luchtverdediging.

Na de 'recall' bogen zowel de 448ste als 93ste Bombardementsgroep af richting het noorden. De toestellen gingen op zoek naar geschikte militaire doelen. Vliegende boven Haaksbergen zagen de bemanningen van de vliegtuigen in verte een stad liggen waarvan men dacht dat het Münster moest zijn. In dat geval was de stad waarboven men op dat moment vloog Dülmen. Op een koers van 50° vloog het eskader richting Enschede. Nieuwsgierige Enschedeërs kwamen naar buiten om te kijken hoe de geallieerden de mof aan zouden pakken maar tot hun grote schrik zagen ze dat de geallieerde strijdkrachten de stad bombardeerden.

In totaal verschenen 35 Liberators boven de stad waarvan 31 hun dodelijke lading afwierpen. Elk toestel had 12 clusterbommen van het type M-17 (brandbommen) aan boord. Elke cluster bestond uit 110 staafbommen van zo'n 2 kilo per stuk. In totaal werden er 362 clusters afgeworpen en kwamen er zo'n 39820 van deze brandbommen op Enschede terecht. Ook werd de stad geraakt door een vijftal brisantbommen, zogenaamde 500-ponders.

Omdat de stad op 10 oktober 1943 ook al eens 'per ongeluk' was aangevallen waren veel inwoners op de hoede bij het horen van vliegtuigen. Mede hierdoor zouden honderden mensenlevens gespaard blijven. Het noordelijke deel van de stad, de wijk Pathmos en de binnenstad stonden in lichterlaaie. Overal braken grote branden uit en de brandweerkorpsen uit Hengelo, Almelo, Oldenzaal, Haaksbergen en Deventer moesten machteloos toezien hij de oude panden door het vuur verteerd werden. In totaal vallen in Enschede 40 doden en 41 zwaargewonden. In totaal is Enschede tijdens de Tweede Wereldoorlog 61 keer gebombardeerd, waarbij 356 mensen om het leven zouden komen.

Uit de Leeuwarder Courant van 26 februari 1944
Uit de Leeuwarder Courant van 26 februari 1944

Het bombardement op Arnhem
Luitenant Henderson was met een divisie van 34 Liberators op weg naar Gotha toen de straalblauwe lucht veranderde in een dicht wolkendek. Hierdoor was oriëntatie op de grond niet meer mogelijk. De vliegtuigen zwenkten af naar het noorden om daar op zoek te gaan naar een geschikt doelwit. Nog steeds denkend dat ze boven Duitsland vlogen zagen de piloten een stad aan een rivier met bruggen en besloten om deze aan te vallen. Op het moment dat de vliegtuigen een teken kregen om hun bommenluiken te openen moesten ze opeens gedwongen een bocht naar rechts maken, omdat ze werden gehinderd door een andere groep B-24 bommenwerpers. Deze hadden het druk met het bombarderen van een vliegveld bij een (vermeende) Duitse stad. Dat bleek later Deventer te zijn.

Henderson stond op het punt om met zijn eenheid naar huis te keren toen ze door gaten in het wolkendek een andere stad zagen liggen met bruggen en opslagplaatsen. Kapitein Schmidt, de aanvalsleider van de eenheid, besloot om tot de aanval over te gaan en zette daarbij een derde van zijn eskader in. Vanaf een hoogte van vijf kilometer wierpen twaalf bommenwerpers hun lading van twaalf 500-ponders op het doel. Een deel van de gasfabriek, de Rijnwijk en een stuk industriegebied werden door de bommenregen verwoest. Ook vielen er een aantal bommen in een aantal straten in Arnhem-Zuid. In totaal zouden er 57 doden vallen.

Uit het Rotterdamsch nieuwsblad van 26 februari 1944
Uit het Rotterdamsch nieuwsblad van 26 februari 1944

Het bombardement op Nijmegen
Na de aanval op Arnhem bestond de eenheid van Henderson nog uit een twaalftal vliegtuigen, uitgebreid met een tweetal bommenwerpers van de 453e Bombardementsgroep, die hun eigen eenheid waren kwijtgeraakt en zodoende aansluiting hadden gezocht bij Henderson. De mannen hadden nog steeds niet in de gaten dat ze boven Nederland vlogen en Schmidt gaf opdracht om het nieuwe doel aan te vallen, waarvan men pas later te horen kreeg dat dit de stad Nijmegen was geweest.

Toen de vliegende forten op de middag van 22 februari over de stad vlogen ging in Nijmegen het luchtalarm af, maar de inwoners van de stad schrokken daar niet echt van. Ze woonden tenslotte vlakbij de Duitse grens en de Nijmegenaren hadden al regelmatig dekking moeten zoeken voor overvliegende gevechtsvliegtuigen. Een uur daarna, om 13.16 uur, werd het sein 'veilig' gegeven en stroomde het volk de straten weer op vanuit de schuilkelders. Het was op dat moment dat de geallieerden hun vernietigende lading op de stad lieten vallen.

De bommenwerpers in de formatie van Henderson wierpen in totaal 144 500-ponds brisantbommen en 426 20-ponds splinterbommen af, waarbij de splinterbommen neer zouden komen in het stationsgebied van Nijmegen. Door rondvliegende staalsplinters vielen in de eerste minuut van het bombardement al een enorm aantal doden en zwaargewonden. De bommenregen trok een alles vernietigend spoor door de hele stad. Door omgevallen kacheltjes ontstonden op vele plaatsen brandjes, die al snel uitgroeiden tot een hels inferno waarbij complete straten in de hens stonden. Bij de Gasfabriek werd een hoofdleiding van de waterleiding getroffen, zodat men ook nog eens zonder bluswater zat.

De straten lagen bezaaid met doden en gewonden en ook een kleuterschool was geraakt door een voltreffer. Hierbij waren een achttal zusters en ongeveer twintig kleine kinderen omgekomen. Mensen moesten radeloos toekijken hoe ze hun hele hebben en houden verloren aan het oorlogsgeweld. Het zou nog drie dagen duren voordat de branden in de oude stad gedoofd waren. Bij het bombardement van Nijmegen zouden meer dan 800 mensen om het leven komen. Ondertussen liet een Amerikaanse piloot aan de thuisbasis weten dat er weer met succes een Duitse stad was platgegooid.

Nazi propaganda poster 1944
Nazi propaganda poster 1944

Foutje of bewust bombardement?
Direct na het afschuwelijke bombardement wisten de Duitsers te melden dat de in ballingschap verkerende Nederlandse regering toestemming had gegeven voor het bombardement van de Nederlandse steden. Ondanks het sterke staaltje propaganda werden de geallieerde bevrijders maanden later alsnog met open armen in de stad ontvangen. Wat het precieze motief voor het bombardement van de stad was, is tot op de dag van vandaag onduidelijk.

In eerste instantie werd aan een vergissing gedacht maar bij een onderzoek in 2006 kwamen een aantal nieuwe feiten naar boven. Zo waren er veel getuigen die vliegtuigen laag hadden zien overkomen, die een goed zicht moeten hebben gehad op de stad die ze platgooiden. Waarom werd het strategische doelwit de Waalbrug ongemoeid gelaten? Het onderzoek toonde ook aan dat er ook in België en Frankrijk bewust burgerdoelen waren bestookt als voorbereiding voor D-day.

De Fatale Aanval van Brinkhuis
De Fatale Aanval van Brinkhuis

Ook Joost Rosendaal, docent geschiedenis aan de Radboud Universiteit, heeft in 2009 onderzoek gedaan naar deze fatale dag in 1944 en komt tot de conclusie dat het bombardement geen vergissing kan zijn geweest. Zijn rapport is hier in pdf-formaat terug te lezen. Mocht je nog meer over het bombardement van Nijmegen willen lezen, dan is deze online publicatie van het boek De Fatale Aanval van Alfons E. Brinkhuis een absolute aanrader, met hartverscheurende verhalen van ooggetuigen van deze inktzwarte dag in februari 1944.