FOK!toen: De slachter van Afrika

Vandaag keren we met FOK!toen terug naar maandag 25 januari 1971. Het was rond middernacht dat de bewoners van de Oegandese hoofdstad Kampale wakker werden van een ontploffing, gevolgd door schoten uit machinegeweren. Het huis van de plaatselijke politiecommandant was opgeblazen waarna legereenheden alle openbare gebouwen hadden overgenomen, met inbegrip van het parlementsgebouw. Alle uitvalswegen van de stad werden afgesloten en ook de internationale luchthaven in Entebbe werd gesloten. Generaal-majoor Idi Amin had de macht in het land overgenomen. Het zou het begin zijn van één van de bloedigste hoofdstukken uit de geschiedenis van Afrika.

Oryema en Amin (Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 26 januari 1971)
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 26 januari 1971

Wie was Idi Amin?

De geschiedenis van Idi Amin begint meteen al vreemd. In Oeganda kreeg men in die tijd vaak geen geboortecertificaat en zo kon het gebeuren dat er niemand was die precies wist wanneer de latere dictator geboren was. Ergens tussen 1924 en 1928 wordt Idi Awo-Ongo Angoo geboren als lid van de Kakwa-stam in Koboko. Later zal hij zichzelf Idi Amin Dada Oumee noemen.

De eerste keer dat de naam Idi Amin opduikt is rond 1947 als de boomlange soldaat zich aansluit bij de Britse koloniale troepen. Amin had geen enkele opleiding gevolgd en moest zodoende genoegen nemen met en baantje als assistent-kok. Amin is beresterk en is zodoende goed in zowel rugby als boksen. Een Britse sportcoach zegt over hem in die tijd: "Idi Amin is een goede rugbyspeler, maar er zit niet zoveel in zijn bovenkamer. Je moet hem echt alles uitleggen en dan kan je het beste heel eenvoudige woorden gebruiken." Een andere officier van het Britse leger noemt Amin echter 'een bijzonder persoon en zeker niet gestoord'.

Idi Amin blijkt echter geen doorsnee soldaat. Hij maakt al snel promotie en vecht in 1949 tegen diverse rebellengroeperingen in Kenia en Somalië. In nog geen tien jaar was Amin een effendi, de hoogste rang die een kleurling kon krijgen in het Britse leger. Als Oeganda in 1962 onafhankelijk wordt is Amin één van de machtigste mensen in het land. Ook Minister-President Obote heeft duidelijk vertrouwen in Amin en bevordert hem tot chef-staf van de gehele krijgsmacht. Obote heft vervolgens de grondwet van het land op en roept zichzelf uit tot president van Oeganda. Na een bloedige staatgreep in 1971 neemt generaal-majoor Amin de macht over en is vanaf dat moment de leider van Oeganda.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 26 januari 1971
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 26 januari 1971

De slachter van Afrika

In eerste instantie was de bevolking wel blij met Amin, maar al snel merkten ze dat deze zich begon te ontpoppen als een gewetenloze moordenaar. Nadat Amin eerst het leger had gezuiverd van staatgevaarlijke elementen was het volk aan de beurt. Iedereen die verdacht werd van het feit dat hij iets tegen Amin had moest uit de weg worden geruimd. Amin was sluw maar ook achterdochtig en dat is een zeer gevaarlijke combinatie.

Tijdens het schrikbewind, dat stand zou houden tot 1979, werden de meest weerzinwekkende verhalen over Amin verteld. Mensen die naar Amin werden gebracht zouden later ernstig verminkt in het mortuarium belanden. Zo misten bij sommige lichamen ingewanden, terwijl er bij sommige slachtoffers ook van hun bloed was gedronken. Amin noemde zichzelf een fijnproever en wist zelfs te vertellen dat het vlees van mensen zouter was dan luipaardvlees. Niet zo verrassend als je weet dat de leden van de Kakwa-stam bekend stond als kannibalen.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 4 september 1976
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 4 september 1976

Op sommige momenten waren er gewoon teveel lichamen en dan werden de krokodillen van Amin extra gevoerd. Maar ook de krokodillen konden niet tegen het aanbod vreten en Amin liet de lichamen vanaf dat moment in de Nijl dumpen. Weldra werden er zoveel lijken in de Nijl gedumpt dat de waterinlaat van de grootste elektriciteitscentrale bij Jinja verstopt raakte. Ook werd er gezegd dat Amin de hoofden van zijn grootste vijanden in een vriezer in het keizerlijke paleis had liggen.

De angst regeerde in de straten van Kampala. De gevreesde geheime diensten waren op zoek naar iedereen die zich verdacht gedroeg. Terwijl zijn soldaten al plunderend en verkrachtend de stad overnamen was Amin van plan om van Oeganda een totaal zwart Afrikaans land te maken.

Economische Parasieten

In Oeganda en ook veel andere Afrikaanse landen werden Aziaten als economische parasieten bekeken. Toen Idi Amin aan de macht was gekomen was dat ook de eerste bevolkingsgroep die daar zwaar onder te lijden had. Grote groepen Aziatische Oegandezen, die al drie generaties in Afrika woonden, kregen te horen dat ze hun koffers mochten pakken en werden het land uitgezet. Tienduizenden mensen, die jarenlang de ruggegraat van de Oegandese economie hadden gevormd, sloegen op de vlucht. Veel van de leegstaande bedrijven werden verdeeld onder de politieke vrienden van Amin en het was dan ook weinig verrassend dat de Oegandese economie al snel als een pudding in elkaar zakte.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 11 november 1972
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 11 november 1972

Operatie Entebbe

In juli 1976 wordt een vliegtuig, dat vanuit Parijs is vertrokken door Palestijnen gekaapt. Vlucht 139 van Air France was op weg naar Athene en had 246 passagiers aan boord waaronder 103 Joodse passagiers. Het vliegtuig werd gekaapt door de 28-jarige Brigitte Kuhlmann en haar 27-jarige vriend Wilfred Böse, beiden lid van de extreemlinkse West-Duitse terroristische groep Revolutionäre Zellen, een gewelddadige groepering die gelieerd was aan de beruchte Baader-Meinhofgroep.

Bij een tussenstop in Athene werd de groep kapers uitgebreid met een zestal Palestijnen van de PFLP, ook wel bekend als het Volksfront voor de bevrijding van Palestina. De kapers geven de piloot opdracht om naar Libië te vliegen om daar bij te tanken. Op de ochtend van 28 juni 1976 komt het vliegtuig aan op het vliegveld van Entebbe in Oeganda. Amin was in die tijd goed bevriend met Yasser Arafat en steunde openlijk zijn terreur tegen Israël.

Uit de Leeuwarder Courant van 28 juni 1976
Uit de Leeuwarder Courant van 28 juni 1976

Op het vliegveld van Entebbe werden de Joodse passagiers van de niet-joodse passagiers gescheiden en de werden alle niet-joodse passagiers vrijgelaten. Böse eiste de vrijlating van 53 personen waaronder 40 Arabische terroristen in Israëlische gevangenissen. Ook eiste hij ook de vrijlating van een aantal beruchte Duitse terroristen zoals Jan-Carl Raspe, Ingrid Schubert en Werner Hoppe van de Rote Armee Fraktion en Fritz Teufel, Ralf Reinders en Inge Viett van de extreemlinkse Bewegung 2. Juni, een groepering die verdacht werd van een bomaanslag op het Turkse consulaat in Bonn.

Nadat de kapers lieten weten dat ze Joodse passagiers zouden gaan executeren besloot de Mossad in te grijpen. Zo'n 100 leden van speciale eenheden werden met transportvliegtuigen over een afstand van 4000 kilometer naar Oeganda gebracht. In de nacht van 3 op 4 juli 1976 gingen ze tot de aanval over en wisten binnen 90 minuten de gijzelaars te bevrijden. Bij de actie vielen in totaal 56 doden waaronder 45 Oegandese militairen, de acht terroristen en drie gijzelaars.

Één van de gegijzelden, de 75-jarige weduwe Dora Bloch, was de dag voor de bevrijding onwel geworden en was opgenomen in het Mulago hospitaal van Kampala. Nadat het gekaapte vliegtuig was bevrijd was de vrouw spoorloos verdwenen. Het zou tot 1977 duren voordat bekend werd wat er met de oude vrouw was gebeurd. Henry Kyemba, oud-minister voor Gezondheid van Oeganda, verklaarde aan de Human Rights Commissie van Oeganda, dat Dora Bloch op bevel van president Idi Amin op 4 juli 1976, kort nadat de Israëli’s met het vliegtuig en gegijzelden aan boord Entebbe had verlaten, van haar ziektebed was gehaald en was vermoord door twee officieren van het Oegandese leger.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 3 november 1978
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 3 november 1978

Boksen met Nyerere
In 1978 probeert Amin de aandacht van binnenlandse conflicten af te leiden door buurland Tanzania aan te vallen. Ook daagde de malloot de Tanzaniaanse president Nyerere uit om samen met hem de boksring in te stappen om het één en ander uit te vechten, met Mohammed Ali als scheidsrechter. De Oegandese troepen stuiten echter op onverwacht veel verzet van Tanzania. Als Tanzaniaanse troepen eind 1978 Oeganda binnenvallen is Amin opeens spoorloos verdwenen.

Uit de Leeuwarder Courant van 1 december 1978
Uit de Leeuwarder Courant van 1 december 1978

De val van een dictator
Op 11 april 1979 wordt de val van Idi Amin bekendgemaakt. "Wij hebben vandaag Kampala ingenomen. De leugenachtige racistische fascist (Amin) is niet meer aan de macht" aldus de Oegandese overste David Owiti Ojok. Joesoefoe Loele was de nieuwe president van Oeganda geworden. Medio 1979 weet Amin dat zijn beste tijd geweest is. Samen met zijn vier vrouwen, een aantal van zijn dertig minnaressen en een stuk of twintig kinderen vlucht de oud-dictator het land uit.

Na een periode uit zicht te zijn geweest duikt Amin in juni 1980 weer op. In het Italiaanse blad L'Occhio verschijnen foto's van Amin met zijn laatste vrouw en 25 kinderen, die op dat moment in een hotel in Djellah in Saudie-Arabië wonen. Daar was hij via Libië en Irak terechtgekomen. Amin bekeerde zich tot de islam en betrok een door de Saudische staat betaalde villa aan de Rode Zee. De voormalige slachter van Oeganda hield zich alleen nog maar bezig met lezen in de koran, zwemmen, vissen en accordeon spelen.

Ook de Friese jeugd was niet dol op Amin (Uit de Leeuwarder Courant van 14 april...
Ook de Friese jeugd was niet dol op Amin
(Uit de Leeuwarder Courant van 14 april 1977)

Op 16 augustus 2003 overleed de massamoordenaar, die zichzelf ooit tooide met titels als Heer van alle dieren van het land en vissen van de zee, overwinnaar van het Britse Rijk in Afrika en de laatste koning van Schotland. Tijdens het bewind van de Slachter van Afrika kwamen zo'n 300.000 tot 750.000 mensen om het leven waarvan er meer dan 100.000 nooit terug zijn gevonden.

Uit de Leeuwarder Courant van 15 maart 1978
Uit de Leeuwarder Courant van 15 maart 1978