Rellen in Bangladesh na executie oppositieleider

De executie van de Bengalese oppositieleider Abdul Quader Mollah heeft vrijdag in Bangladesh geleid tot hevige rellen waarbij zeker drie mensen om het leven kwamen. Huizen en bedrijven van mensen die achter de regering staan werden in brand gestoken en er werden aanslagen gepleegd met zelfgemaakte bommen.

Mollah, lid van de oppositiepartij Jamaat-e-Islami, werd donderdag opgehangen vanwege oorlogsmidaden die ruim veertig jaar geleden zijn begaan in de onafhankelijkheidsoorlog tegen Pakistan. De terechtstelling van Mollah maakt de toch al kritieke politieke situatie in Bangladesh nog ingewikkelder. De oppositie protesteert al weken op gewelddadige wijze om de eis kracht bij te zetten dat een partijloze zakenregering wordt aangesteld om de algemene verkiezingen op 5 januari te organiseren.

Vrijdag gingen aanhangers van Jamaat-e-Islami de straat op. Ze vielen de achterban van de regeringspartij aan en koelden hun woede op hindoes, een minderheid in het land. Kort na de executie van Mollah zei de leider van Jamaat-e-Islami, Makbul Ahmed, dat er wraak zal worden genomen door van Bangladesh een op de islam geschoeid land te maken.

De partij van Mollah stelt dat het executiebesluit politiek gemotiveerd is en bedoeld om de oppositie te verzwakken en islamistische partijen uit te schakelen. De meeste mensen die berecht worden voor oorlogsmisdaden behoren tot de oppositie. Dat maakt de kwestie behoorlijk explosief.