Toch nog celstraf voor lekkende oud-rechercheur
Oud-rechercheur Sjaak K. is maandag alsnog veroordeeld voor het lekken van vertrouwelijke informatie. Het gerechtshof in Amsterdam legde hem zes maanden cel op. K. gaf de informatie door aan oud-politieman Hans Van E. Via hem zou de informatie bij criminelen, de advocatuur en journalisten zijn beland. Van E. kreeg maandag een celstraf van 104 dagen opgelegd.
De zaak kent een lange voorgeschiedenis. In januari 2008 werd tegen de destijds 51-jarige K., die dertig jaar bij de politie heeft gewerkt, voor de rechtbank in Amsterdam drie jaar cel geëist omdat hij jarenlang geheime politiedocumenten zou hebben gelekt. Tegen Van E. werd achttien maanden cel geëist.
Door de praktijken van K. en Van E. zouden onder meer de Hells Angels op de hoogte zijn gebracht van het precieze tijdstip van een inval in hun clubhuis in Amsterdam in oktober 2005. Informatie van K. zou ook bij Willem Holleeder zijn beland via diens veronderstelde 'partner in crime' Dino S.
K. werd verdachte in 2004, toen toenmalig recherchechef Willem Woelders zich herinnerde dat K. medio jaren negentig had verklaard dat de later vermoorde crimineel Jan Femer hem had benaderd om politiedocumenten te kopen. Woelders relateerde dit aan de opmerking van de geliquideerde 'onderwereldbankier' Willem Endstra, dat een hoge politieman ('De Pet') vertrouwelijke informatie zou doorspelen naar criminelen. K. droeg volgens Woelders in die tijd een alpinopet.
K. werd in januari 2006 opgepakt op verdenking van ernstige schending van het ambtsgeheim. De politie had hem kort daarvoor in de val gelokt door hem een deels gefingeerd proces-verbaal over de vriendin van Mink K. naar de recherche in Driebergen te laten brengen en hem daarbij te filmen. K. gaf informatie uit het document kort daarna door aan Van E., die de informatie zou hebben doorgesluisd naar zijn advocaat Nico Meijering.
Het tweetal werd eerder door de rechtbank, en later in hoger beroep, vrijgesproken. De belangrijkste reden hiervoor was dat een door de politie gebruikt technisch afluistermiddel in de zaak niet aan de wettelijke eisen zou voldoen. Het Openbaar Ministerie stapte daarop naar de Hoge Raad, die de zaak terugverwees naar het Amsterdamse hof. Volgens de hoogste rechter had het hof ervan uit moeten gaan dat het technische hulpmiddel wel aan de wettelijke eisen voldeed.
Het hof heeft de lijn van de Hoge Raad gevolgd en acht het tweetal schuldig aan het schenden van het ambtsgeheim. K. heeft volgens het hof toen hij als rechercheur bij de Nationale Recherche werkte vertrouwelijke informatie doorgegeven aan Van E., die deze informatie weer doorspeelde aan zijn raadsman. Hiermee is volgens het hof 'het vertrouwen van de burgers in de integriteit van de politie' geschaad. Bij het opleggen van de straffen heeft het hof er wel rekening mee gehouden dat het lekken van de informatie bijna acht jaar geleden plaatsvond.
