FOK!toen: De treinkaping bij Wijster

Voor de FOK!toen van vandaag keren we terug naar 1975. Het was namelijk op dinsdag 2 december 1975 dat een stoptrein van de NS vlakbij het Drentse dorp Wijster werd gekaapt door een zestal Zuid-Molukkers. De actie zou 12 dagen duren en kostte drie mensen het leven.

Uit de Leeuwarder Courant van 2 december 1975
Uit de Leeuwarder Courant van 2 december 1975

Vrijheidsstrijders

Voor de geschiedenis van de Molukkers in Nederland moeten we terug naar de jaren vlak na de Tweede Wereldoorlog. Na de bezetting van Nederlands-Indië door Japan wilde de Nederlandse regering haar gezag over de kolonie herstellen, maar daar waren veel Indonesiërs het niet mee eens. De Indonesische bevolking kwam in opstand tegen de buitenlandse bezetters wat zou leiden tot een onafhankelijkheidsstrijd. Het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) was opnieuw opgericht en bestond grotendeels uit Molukse beroepsmilitairen. Omdat de Molukkers aan de kant van de Nederlanders vochten werden ze door de Indonesiërs als handlangers van de vijand gezien. Omdat het kleine Nederland geen ondersteuning krijgt bij het behoud van haar kolonie besluit het land zich in 1949 uit Indonesië terug te trekken.

Uit de Leeuwarder Courant van 27 april 1950
Uit de Leeuwarder Courant van 27 april 1950

Ondanks andere beloften veranderde Indonesië aan het begin van de vijftiger jaren in een eenheidsstaat. De Molukkers reageerden daar weer op met het uitroepen van de Republik Maluku Selatan (RMS). Vanuit Nederland werd het gebeuren afgedaan als een opstand van rebellen. De nog in Nederlandse dienst zijnde Molukse militairen op het eiland Java kwamen door deze uitspraak ook in problemen. Na het uitroepen van een eigen republiek werden ze door niemand meer vertrouwd. Als 'tijdelijke' oplossing werden vervolgens 4000 Molukse KNIL-militairen en hun gezinnen met schepen naar Nederland overgebracht. Bij aankomst kregen de mannen wel te horen dat ze uit de militaire dienst waren ontslagen.

Uit de Leeuwarder Courant van 31 juli 1951
Uit de Leeuwarder Courant van 31 juli 1951

De eerste jaren werden de 'Ambonezen', zoals de Zuid-Molukkers in die tijd hier vaak werden genoemd, in woonoorden zoals de voormalige concentratiekampen als Westerbork en Vught. De mensen werden bewust buiten de Nederlandse samenleving gehouden en mochten hier ook niet op zoek naar een baan, aangezien het de bedoeling was dat ze snel terug zouden keren. Al snel werd duidelijk dat ze niet op Nederland hoefden te rekenen en dat de gedane beloften niet meer waren dan gebakken lucht.

De rebelse zeventiger jaren

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 30 juni 1969
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 30 juni 1969

Toen de Molukkers naar Nederland waren gebracht, kwamen ze in een situatie terecht die ze van tevoren niet hadden kunnen bedenken. Werkloos en verveeld bleven ze het idee van de RMS, een eigen staat, in een hoog vaandel houden. In augustus 1970 maakte de Nederlandse regering bekend dat Soeharto naar Nederland zou komen. Dat werd ervaren als een klap in het gezicht van de Molukkers, omdat de Nederlandse regering hiermee de dictator had uitnodigt die nog geen vier jaar geleden de opdracht had gegeven om de Molukse leider Chris Soumokil dood te schieten”, zou één van de kapers er later over zeggen. Praten hielp in de ogen van de jonge Molukkers niet meer, waardoor ze besloten tot actie over te gaan en de ambassade in Wassenaar te bezetten.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 27 juni 1970
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 27 juni 1970

De bezetting van de ambassade zou in totaal twaalf uur duren. Bij de actie kwam een patrouillerende agent om het leven. Na gesprekken tussen de gijzelaars en de Molukse leder Manusama gaven de mannen zich laat in de middag over. Ze hadden hun doel bereikt, de hele media had opeens weer aandacht voor de strijd op de Molukken. In april 1975 kwamen de Molukkers opnieuw in het nieuws, ditmaal vanwege verijdelde plannen om koningin Juliana te ontvoeren. De plannen kwamen naar buiten toen een tweetal Molukkers was opgepakt, die van plan waren om een postkantoor te overvallen. Tijdens de verhoren kwam ook het Soestdijk-complot naar buiten. Het Duitse damesblad Frau kwam zelfs met het verhaal dat men in maart 1975 een poging had gedaan om de drie kinderen van prinses Beatrix en prins Claus te ontvoeren. Het ministerie van Justitie deelde daarop mee van niets te weten. De vier hoofdverdachten van de koninklijke ontvoeringsplannen werden veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf.

De stoptrein Groningen-Zwolle

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 2 december 1975
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 2 december 1975

Op 2 december 1975 blies conducteur Herman Brinker op zijn fluitje en vertrok om 09.33 uur de stoptrein van Groningen naar Zwolle. Op het station van Assen waren een zevental Molukse jongeren de trein ingegaan. Ze hadden cadeaus bij zich, verpakt in sinterklaaspapier. Rond 10.00 uur stopte de trein plotseling in de omgeving van het dorpje Wijster. De Molukkers trokken de  sinterklaascadeaus open, haalden vuurwapens tevoorschijn en riepen: “Menu Muria, Handen omhoog! Dit is een Kaping!” De mannen waren bewapend met Winchester karabijnen, stenguns, revolvers en zelfs een uzi-machinepistool, versierd in de kleuren van de Zuid-Molukse vlag: blauw, wit, groen en rood. De allereerste treinkaping in de geschiedenis van Nederland was begonnen.

Het ging al meteen mis. Machinist Hans Braam, die ingevallen was voor een collega, wou poolshoogte nemen en liep naar het achterste treinstel. De 30-jarige Braam zag opeens de gewapende mannen en probeerde nog zijn bestuurderscabine in te vluchten. De Zuid-Molukkers Kobus Tuny (25) en Djerrit Hetharia (23) raakten in paniek en schoten door de deur heen, waarbij de machinist door meerdere kogels geraakt werd. Na twintig minuten kreeg de kermende man van Eli Hahury (23), de leider van de kapers, een genadeschot. Het dode lichaam werd vervolgens naast de trein naar buiten gegooid.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 2 december 1975 2
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 2 december 1975

Eén van de eerste ooggetuigen van de treinkaping was mevrouw Etten, die op een boerderij vlakbij de locatie van de trein woonde. De vrouw uit Wijster had die ochtend rond tien uur gezien dat er een trein stilstond, zo'n 150 meter van haar boerderij vandaan. Mevrouw Etten dacht dat er een ongeluk gebeurd was en rende naar de trein om hulp te bieden. Toen ze vlak bij de trein was aangekomen zag ze dat passagiers gebaren maakten dat ze weg moest gaan en dat er een overval gaande was. De vrouw wilde net wegrennen toen ze een man met een donkere huidskleur de trein uit zag komen. De man schoot op haar met een geweer. Mevrouw Etten liet zich op de grond vallen en deed alsof ze dood was. Pas nadat de man de trein weer ingegaan was vluchtte ze naar huis en belde de politie.

Ook een conducteur van de intercity uit Zwolle naar Groningen, die om 10.14 uur uit Zwolle was vertrokken, kwam er op hardhandige wijze achter dat er iets goed mis was met de stilstaande trein bij Wijster. Rond 10.30 uur was de trein de gekaapte trein bij Wijster gepasseerd en de machinist was gestopt om uit te vissen wat er aan de hand was. De conducteur van de trein stapte uit de intercity om poolshoogte te nemen maar werd al snel onder vuur genomen door een man met een karabijn. De hevig geschrokken conducteur sprong in de intercity die snel verder reed.

Drie doden

Uit de Telegraaf van 5 december 1975
Uit de Telegraaf van 5 december 1975

Toen bleek dat de Nederlandse overheid de eisen niet snel wilde inwilligen wilden de Molukkers een daad stellen door één van de passagiers neer te schieten. De uit Groningen afkomstige makelaar werd door de gewapende mannen apart genomen en kreeg te horen dat hij zou worden doodgeschoten omdat de Nederlandse autoriteiten niet mee wilden werken. In de deuropening van de trein ging de man in gebed en zag dat één van de kapers zijn wapen weglegde. De Groot zag zijn kans schoon en sprong uit de trein. De man bleef vervolgens zo'n tien minuten 'voor dood' in een greppel liggen en rende vervolgens zijn vrijheid tegemoet.

De 22-jarige dienstplichtige militair Leo Bulter uit Lonneker had minder geluk. De man probeerde eveneens aan de kapers te ontkomen maar een salvo uit de Uzi maakte een einde aan zijn leven. De ongeplande dood van machinist Braam had echter een streep door het plan van de Molukkers gehaald. Men had eigenlijk naar Amsterdam af willen reizen om daar hun actie door te zetten. Op 4 december werd ook de jonge econoom Bert Biering door Eli Hahury doodgeschoten. Diezelfde dag vond er een ongeluk plaats in de trein. Kaper Djerrit Hetharia zit met zijn geweer te spelen als per ongeluk afgaat. De kogel schiet tegen een kledinghaak en splinters komen in het gezicht en oog van kaper Paul Saimima terecht. Ook een passagier raakt gewond. Paul werd met een bebloed gezicht afgevoerd en zou weer wakker worden in een politiecel in Assen. Voor hem was de kaping voorbij.

Uit de Telegraaf van 5 december 1975
Uit de Telegraaf van 5 december 1975

De afloop van de treinkaping

De Telegraaf van 15 december 1975
De Telegraaf van 15 december 1975

De rest van de kapers zouden zich na een gesprek met ingenieur Manusama en de weduwe van Chris Soumokil op 14 december overgeven. Het was de mannen ter oren gekomen dat er berichten waren over represailles op de Molukken en bovendien vroor het dat het kraakte en dat maakte de situatie in een ijskoude stilstaande trein er ook niet beter op.

De Telegraaf van 16 december 1975
De Telegraaf van 16 december 1975

In 1976 zouden de mannen worden veroordeeld tot gevangenisstraffen van veertien jaar. Ze zaten allemaal hun straf uit, met uitzondering van Hahury die in 1978 zelfmoord pleegde.

Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 15 december 1975
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 15 december 1975

De gevolgen van de treinkaping

De treinkaping had een averechts effect voor mensen uit Indonesië. Veel jongeren die in Nederland geboren waren studeerden in de grote steden en moesten zodoende gebruik maken van het openbaar vervoer. De discriminatie tegen de gekleurde medemens nam toe en leidde regelmatig tot eindeloze discussies waarbij het er soms nogal emotioneel aan toe ging. In 1977 zouden Molukkers bij De Punt weer een treinkaping uitvoeren, die ditmaal veel bloediger zou eindigen.

Film

Wijster (2008)
Wijster (2008)

In 2008 werd er over de treinkaping bij Wijster een telefilm gemaakt. De film, getiteld Wijster, werd op 29 mei 2008 door de VARA uitgezonden. Het scenario van de film werd geschreven door Nicolette Steggerda, de pleegdochter van Ger Vaders, hoofdredacteur van het Nieuwsblad van het Noorden en een van de gijzelaars. Vaders schreef het boek IJsbloemen en Witte Velden, waarop de film werd gebaseerd. Wijster werd geregisseerd door Paula van der Oest en volgt hoe een redacteur van het Nieuwsblad van het Noorden, Rob van der Laan (gespeeld door Jaap Spijkers) en onder meer zijn dochter Susan (Roos Netjes) de kaping beleven.