'Israël open voor kritiek Mensenrechtenraad'

Israël heeft een afvaardiging naar de Mensenrechtenraad in Genève gestuurd. Het is voor het eerst sinds meer dan een jaar dat het land zich bereid heeft getoond kritiek van de VN-Mensenrechtenraad aan te horen. Aanwezig in Genève waren dinsdag de plaatsvervangend procureur-generaal van Israël, Shai Nitzan, en Israëls ambassadeur bij de VN, Eviatar Manor.

Nitzan stelde dat Israël weer 'openstaat voor constructieve kritiek' van het forum dat het lang heeft afgedaan als pro-Palestijns en bevooroordeeld tegen de joodse staat.

De 193 VN-lidstaten moeten iedere vier jaar door de Mensenrechtenraad laten beoordelen of ze de mensenrechten naar behoren respecteren. De tweede ronde is nog niet helemaal afgerond. De Mensenrechtenraad werd pas in 2006 actief, als vervanger van de politiek gestrande Mensenrechtencommissie.

Israël zou negen maanden geleden voor de tweede keer door de Mensenrechtenraad aan een onderzoek worden onderworpen, maar weigerde toen medewerking.

Manor vroeg aandacht voor het feit dat zijn regering 26 Palestijnse gevangenen vrijlaat. Het gaat daarbij, tot woede van politiek rechts in Israël, om Palestijnen die veroordeeld zijn voor aanslagen waarbij Israëliërs zijn omgekomen. Het merendeel heeft daarvoor levenslang gekregen. Hun vrijlating vormt onderdeel van de afspraken die zijn gemaakt in het kader van het vredesproces tussen Israël en de Palestijnen.

"Ze hebben allemaal bloed aan hun handen; allemaal hebben ze Israëliërs vermoord. Dat ze worden vrijgelaten toont aan dat Israël vastbesloten is een overeenkomst met onze Palestijnse buren te sluiten die voor eens en voor altijd een einde aan het conflict maakt", zo betoogde hij.