OM niet-ontvankelijk in zaak coffeeshops Maastricht

Justitie is niet-ontvankelijk in een zaak tegen veertien medewerkers en eigenaren van coffeeshops in Maastricht voor de verkoop van softdrugs aan buitenlanders. Volgens de politierechter dient de vervolging geen strafrechtelijk maar een gemeentelijk belang, waar het strafrecht niet voor bedoeld is. Het Openbaar Ministerie gaat in hoger beroep.

De politierechter verwees woensdag naar een uitspraak van de Maastrichtse rechtbank in april, waarbij werd bepaald dat de gemeente Maastricht coffeeshop Easy Going een jaar eerder ten onrechte had gesloten. Het besluit was toen onvoldoende gemotiveerd. Volgens de politierechter is het nog onduidelijk of het zogeheten ingezetenencriterium in strijd is met enige rechtsregel.

Het OM laat weten verrast te zijn door de uitspraak van de politierechter, omdat de rechtbank in Maastricht in een soortgelijke zaak eind juni eerder wel uitspraak deed tegen eigenaren en beheerders van coffeeshops. "De eerder door dezelfde rechtbank ingezette lijn wordt daarmee niet wordt doorgezet", aldus de woordvoerder van het OM, dat verder vindt dat nu ook voor de verdachten nu onduidelijkheid bestaat.

De veertien verdachten stonden woensdag terecht wegens de verkoop van sofdrugs aan niet-ingezetenen. Justitie had eerder op de dag voorwaardelijke werkstraffen en boetes tot 2500 euro geëist.