VS beraden zich nog over Syrië
De Verenigde Staten beraden zich nog altijd op een antwoord op het gebruik van chemische wapens in Syrië. Dat heeft de Amerikaanse minister van defensie Chuck Hagel zondag gezegd. De regering van president Barack Obama is nog bezig met het verzamelen en analyseren van informatie over de dodelijke gifgasaanval.
Op de vraag van een verslaggever of het niet de vraag is of de VS militair ingrijpen, maar meer wanneer, antwoordde Hagel: "Als we meer informatie hebben, dan wordt het antwoord op die vraag duidelijk." Zaterdag al zei Obama pas een beslissing te willen nemen als alle feiten duidelijk zijn.
Ondertussen is de Amerikaanse legerleiding in Jordanië voor een overleg met de ministers van defensie uit het Midden-Oosten. Het thema van het overleg is de veiligheidssituatie in de regio, maar het is zeer waarschijnlijk dat vooral de crisis in Syrië onderwerp van gesprek zal zijn. De top, waar onder andere generaal Martin Dempsey aan deelneemt, duurt van zondag tot en met dinsdag.
Hagel wilde niet in detail ingaan op de afwegingen die de VS maken. "Er zijn risico's en gevolgen voor elke optie die wel of niet wordt uitgevoerd, voor elke actie die wel of juist niet wordt ondernomen", aldus de minister. "Je komt tot de centrale vraag wat het doel is als je wel of niet actie onderneemt. Al deze inschattingen worden nu gemaakt." Er wordt rekening gehouden met diverse factoren, zoals juridische kwesties en internationale steun voor een eventueel militair ingrijpen.
Obama is vooralsnog terughoudend als het gaat om ingrijpen in Syrië. Een jaar geleden stelde hij nog dat er een 'rode lijn' wordt overschreden als Syrië chemische wapens inzet, maar Obama heeft zich nog niet uitgelaten over de vraag of die lijn nu is overschreden. Vrijdag wees hij erop dat voor een ingrijpen internationale steun nodig is. "Als de VS weer een land aanvalt zonder VN-mandaat en zonder duidelijk bewijs om die aanval te rechtvaardigen, is het de vraag of dat volgens het volkenrecht mag."
Zaterdag besprak Obama de Syrische crisis met de Britse premier David Cameron. Beide regeringsleiders verklaarden zich grote zorgen te maken over de berichten dat er chemische wapens zijn ingezet in Syrië. In een gezamenlijke verklaring benadrukten Obama en Cameron dat het gebruik van chemische wapens 'een stevig antwoord van de internationale gemeenschap rechtvaardigt'. "Het feit dat president Assad heeft geweigerd mee te werken met de Verenigde Naties lijkt erop te wijzen dat het regime iets te verbergen heeft", aldus het kantoor van Cameron.
De Syrische regering ontkent in alle toonaarden dat het gifgas heeft gebruikt en heeft de VS gewaarschuwd niet in te grijpen, omdat daarmee 'het Midden-Oosten in brand komt te staan'.
