Doden bij mortierbeschieting markt in Syrië

Bij een mortierbeschieting door regeringstroepen op een markt in de stad Ariha in het noorden van Syrië zijn zondag minstens achttien burgers om het leven gekomen. Dat hebben activisten volgens het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten en de Lokale Coördinatiecomités gemeld.

De beschieting vond enkele uren plaats voor zonsondergang, wanneer moslims hun vasten tijdens de ramadan mogen onderbreken. Onder de doden zouden een kind en twee vrouwen zijn. Ariha is grotendeels in handen van oppositiestrijders.

Ondertussen melden Syrische staatsmedia dat regeringsstrijdkrachten in een hinderlaag bij Damascus tientallen opstandelingen hebben gedood. Het zou gaan om 'terroristische leden van Jabhat al-Nusra die probeerden te infiltreren' in voorsteden van de hoofdstad. Het Observatorium bevestigde dat zeker 28 opstandelingen in de hinderlaag in Adra zijn gedood en dat een groot aantal anderen worden vermist.

Activisten maakten verder melding van gevechten tussen opstandelingen en troepen van het regime in de kustprovincie Tartus. In dit alawitische bolwerk werd tot nog toe weinig gevochten. Het Observatorium beschuldigde het regime ervan na de gevechten dertien leden van een familie, onder wie vier vrouwen en zes kinderen, te hebben gedood bij een aanval op het dorp Bayda, een soennitische enclave. In het dorp vond in mei ook al een massamoord plaats.