Britse spionagedienst GCHQ deed niets fout

De Britse geheime dienst GCHQ heeft niets fout gedaan door gebruik te maken van informatie die hun Amerikaanse collega's bij NSA via het geheime programma PRISM vergaarden. Dat stelt een Britse parlementaire commissie die de zaak onderzocht.

PRISM werd door klokkenluider Edward Snowden onthuld. NSA tapt daarbij grootschalig zowel 'live' als opgeslagen computerinformatie af. Het gaat onder meer om e-mails en computerbestanden, maar ook om discussies op sociale netwerken. De commissie stelt dat de GCHQ zich aan de Britse wetgeving hield.

De dienst gebruikte de NSA-gegevens niet om de Britse wet te omzeilen. "Op basis van het bewijsmateriaal dat wij hebben gezien, hebben wij geconcludeerd dat deze verwijten ongegrond zijn." PRISM wordt omschreven als 'specifiek en gericht'. NSA richt zich op alle communicatie naar de Verenigde Staten toe en op Amerikanen die communiceren met het buitenland.

Snowden onthulde ook dat providers meewerken aan de NSA-activiteiten. De Britse commissie beweert gedetailleerde informatie over PRISM te hebben gehad, inclusief een lijst van operaties tegen terroristen, een lijst van individuen die in de gaten worden gehouden en talloze documenten van de geheime dienst opgesteld op basis van PRISM.