Resten Heulmeisje opgegraven

De politie heeft donderdag de resten van het Heulmeisje opgegraven. Het gaat om een ultieme poging van het coldcaseteam om de zaak alsnog op te lossen, schrijft het AD. De politie zou inmiddels hebben ontdekt dat het meisje jonger was dan werd aangenomen. In plaats van rond de 16 zou ze rond de 13 jaar zijn geweest.

De krant heeft foto's geplaatst waarop is te zien dat medewerkers van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) een klein kistje met de resten van het meisje uit de grond halen. Het is de tweede keer dat de restanten worden opgegraven.

Het vermoorde meisje werd in 1976 levenloos aangetroffen op parkeerplaats De Heul in het Utrechtse Maarsbergen. Met nieuw dna-onderzoek hoopt de politie de identiteit van het meisje te achterhalen. De schedel wordt naar Schotland gebracht om er een nieuw gezichtsmodel van te maken.

Uit de tanden, die bij het NFI zijn gebleven, zou zijn opgemaakt dat het meisje tot haar 7de in de Eifel in Duitsland heeft gewoond en een Europese moeder heeft. Teamleider van het coldcaseteam Wim Perlot zegt in de krant te hopen dat er nog haarresten van het meisje zijn. Daaruit zou meer kunnen worden afgeleid van haar leefwijze.

Lange tijd werd Monique Jacobse aangezien voor het Heulmeisje. Zij werd ten tijde van de moord vermist en op basis van schedelonderzoek werd geconcludeerd dat het om haar ging. In 2006 nam ze conctact op met haar zus. Ze bleek als tiener te zijn weggelopen. Omdat ze officieel dood was, kon ze haar identiteit niet zomaar terugkrijgen. Hierdoor kon ze zich bijvoorbeeld niet verzekeren. Vorige maand concludeerde de rechtbank dat er genoeg bewijs is dat Jacobse inderdaad nog leeft en kreeg ze haar identiteit terug.