Flinke zorgen over baan, vooral bij ouderen

Flink meer werknemers zijn zich vorig jaar zorgen gaan maken over hun baan. Deze zorgen zijn het grootst bij vijftig- en zestigplussers, zo blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek en TNO onder ruim 25.000 werknemers.

Eind vorig jaar maakte 32 procent van de Nederlandse werknemers zich zorgen over het behoud van hun baan. Dat is twee keer zo veel als in 2007 voor het uitbreken van de economische crisis, en zes procentpunt meer dan in 2011.

De zorgen zijn groter naarmate werknemers ouder zijn. Onder werknemers onder de twintig jaar heeft slechts zeventien procent zorgen. Tussen de vijftig en zestig jaar is dat bijna veertig procent. Na de zestig jaar zakt het percentage met zorgen naar 23 procent.

Hoewel de zorgen onder oudere werknemers dus het grootst zijn, zijn zij wel vaker enthousiast over hun baan dan jongere werknemers. Eind vorig jaar gaf driekwart van de vijftigplussers aan opgetogen te zijn over hun werk. Gemiddeld onder alle medewerkers is dat twee derde. Onder de werknemers onder de twintig jaar is de begeestering het laagst, met 55 procent. Bij deze groep is werk vaak een bijbaan.