Spierschade werd bultrug Johannes fataal
Bultrug Johannes is overleden door fikse spierschade. De schade was zo groot, dat het dier niet meer kon zwemmen. Dat meldt het Leidense Naturalis Biodiversity Center.
De schade aan de spieren is vermoedelijk ontstaan door de stranding van het dier. De spieren van bultruggen beschadigen door de grote druk die ontstaat als zo'n dier op het land ligt.
De mogelijkheid bestaat echter ook dat de schade werd veroorzaakt doordat het zestienduizend kilo wegende zoogdier heeft geprobeerd weer in het water terecht te komen. "De beschadigde spieren waren ook aan de bovenliggende linkerkant van het dier zichtbaar", aldus Naturalis.
De spierschade is een tot zes dagen voor het overlijden van Johannes ontstaan. Of spieren al beschadigd waren voordat de bultrug strandde, is niet te zeggen.
Johannes was goed doorvoed, maar of hij ziek was heeft onderzoek niet kunnen uitwijzen. Door vergaande ontbinding waren de organen van de walvis niet eens meer herkenbaar.
De vergaande ontbinding was het gevolg van het oplopen van de lichaamstemperatuur tot wel 42 graden. Normaal heeft een walvis een lichaamstemperatuur die vergelijkbaar is met die van een mens. Dat is te danken aan een dikke speklaag, die de dieren beschermt tegen koud zeewater. Toen Johannes strandde liep zijn interne temperatuur snel op.
Of Johannes strandde door navigatieproblemen, is ook onduidelijk gebleven. De hersenen, waaruit dat had kunnen blijken, waren helemaal vergaan.
Momenteel vindt onder meer nog onderzoek plaats naar de genetische afkomst van het dier. Verder wordt gekeken naar chemische overblijfselen in het vetweefsel, wat iets moet zeggen over mogelijke vervuiling in het voedsel van de bultrug.
De botten van Johannes zijn niet te bezichtigen in het museum van Naturalis. Het skelet wordt opgenomen in de wetenschappelijke collectie, die alleen toegankelijk is voor onderzoekers.
De twaalf meter lange bultrug Johannes strandde in december op een zandplaat bij Texel. Ondanks een aantal pogingen kon het dier, dat een vrouwtje bleek te zijn, niet worden gered.
