Groningers beboet voor 'diefstal' uit Van Gogh

Een oudejaarsclub uit het Groningse Tolbert moet de Amsterdamse politie vijfduizend euro betalen omdat de club het Van Gogh Museum had wijsgemaakt gestolen schilderijen in bezit te hebben. De oudejaarsclub moet de 250 uur die rechercheurs in de zaak hebben gestoken vergoeden, meldt de politie maandag. De rechtbank heeft de politie 5 december in het gelijk gesteld.

Begin december 2002 werden 'Zeegezicht bij Scheveningen' uit 1882 en 'Het uitgaan van de hervormde kerk te Nuenen' uit 1884 gestolen. De werken zijn enkele miljoenen euro's waard. Enkele weken na de roof kreeg het museum een anonieme brief waarin stond dat het museum de werken kon terugkrijgen voor vijftigduizend euro 'vindersloon'. De schrijvers waarschuwden niet de politie in te lichten.

Dat deed het museum toch, waarop een groot onderzoek werd ingesteld. Op 31 december bleek het om een grap te gaan. De vijf ondernemers uit Tolbert die de brief hadden geschreven hadden de werken niet. Ze wilden met de stunt geld inzamelen voor een nieuwe tribune voor de plaatselijke voetbalvereniging.

De ondernemers werden vervolgd, maar steeds vrijgesproken van poging tot oplichting. Wel stond volgens de politie uiteindelijk vast dat de grap tot een onnodig politieonderzoek leidde. Daar moeten ze voor betalen.

De uitspraak is voor het Amsterdamse korps erg belangrijk, stelt juridisch adviseur van de politie Lodewijk Bosch van Drakestein in een verklaring. "De politie wordt regelmatig nodeloos aan het werk gezet met valse aangiftes, bewust onware meldingen en grappen." Met een nieuwe jaarwisseling in aantocht en de daarmee gepaard gaande grappen wil de politie waarschuwen voor de financiële gevolgen die zulke grappen kunnen hebben.

De echte rovers van de schilderijen werden overigens in 2003 veroordeeld. De schilderijen zijn nog altijd zoek.