Patiënt steeds korter in ziekenhuis

De tijd die patiënten vanaf hun opname in een ziekenhuis doorbrengen is vorig jaar opnieuw afgenomen. Het aantal dagen zakte met bijna zes procent van gemiddeld 3,17 naar 2,98, concludeert adviesbureau Coppa in een maandag verschenen rapport. Het adviesbureau verwacht dat de ligduur de komende jaren nog korter wordt.

De daling zou komen doordat steeds vaker wordt gekozen voor een dagbehandelingen. In 2010 was twintig procent van de dagen die een patiënt in een ziekenhuis lag een behandeldag. Vorig jaar was dat 22 procent. Het Zaans Medisch Centrum heeft met 46 procent het hoogste percentage dagbehandelingen. De gemiddelde ligduur was daar met 2,21 dagen het kortst.

Bij het Zaanse ziekenhuis was de gemiddelde ligduur de afgelopen twee jaar ook al het kortst. De gemiddelde ligduur in klinieken daalde met 5,47 procent naar 5,12 dagen. Bij de klinieken was de ligduur het kortst bij het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam, met 4,05 dagen.

Bij universitaire medische centra is de ligduur beduidend langer. Patiënten liggen het langst in het UMC Groningen, dat een gemiddelde van 8,71 dagen heeft. Wel geldt voor alle typen ziekenhuizen dat de ligduur de afgelopen jaren is afgenomen.

Bij de Zorggroep Pasana uit Dokkum is de ligduur sinds 2008 het meest verkort, de afname was daar 29,9 procent en daarmee komt Pasana uit op 2,50 dagen, goed voor een derde plaats als het om kortste ligduur gaat. Op de tweede plaats staat het Rijnland Ziekenhuis met 2,47 dagen.

Het adviesbureau bekeek ook of er een verband is tussen de gemiddelde ligduur en de winstmarge van een ziekenhuis. Het idee daarachter was dat een kortere ligduur leidt tot meer behandelingen en dus meer winst. Over het algemeen hebben ziekenhuizen met een kortere ligduur meer winst, maar de verschillen zouden nog te klein zijn om met zekerheid van een verband te kunnen spreken. Daar komt bij dat er veel meer van invloed is op de winst van een ziekenhuis.