Nertsenfokkers mogen niet uitbreiden
Nertsenfokkerijen mogen per direct niet meer uitbreiden als de Eerste Kamer instemt met de wet die het houden van dieren voor bont met ingang van 2024 verbiedt. Dat heeft een van de initiatiefnemers van het verbod, SP-Kamerlid Henk van Gerven, dinsdag gezegd in de Eerste Kamer.
Zodra de wet is aangenomen, worden geen vergunningen voor uitbreiding of voor nieuwe bedrijven meer afgegeven. De 158 bedrijven die er nu zijn, mogen binnen de bestaande vergunningen alleen uitbreiden als er al huisvesting voor de extra dieren beschikbaar is. Stallen bij- of uitbouwen mag niet.
De Eerste Kamer behandelt dinsdag het verbod, waarover al jaren wordt gepraat. Een meerderheid is positief over het plan. Wel vroegen de voorstanders zich nog af of de nertsenfokkers niet massaal zullen gaan uitbreiden voor het verbod in 2024, om meer compensatie binnen te kunnen halen. "Dat is niet aan de orde", stelde Van Gerven.
Minister van Economische Zaken Henk Kamp (VVD), die de afgetreden staatssecretaris van Landbouw Co Verdaas (PvdA) verving, bevestigde de lezing van Van Gerven. "Er kan niet worden uitgebreid, tenzij de kooien er al zijn en er een vergunning is." Volgens Kamp is er in de praktijk weinig tot geen onbenutte capaciteit, omdat de prijs voor nertsenbont nu relatief hoog ligt.
Alleen VVD, CDA en SGP zijn tegen het verbod. Deze partijen zeggen dat een gezonde sector de nek wordt omgedraaid, terwijl het dierenwelzijn niet beter zal worden doordat de productie naar het buitenland wordt verplaatst. Van Gerven gelooft daar niet in, omdat ook in andere landen de weerstand tegen bont alleen maar toeneemt. "Niet de productie, maar het verbod zal zich naar het buitenland verplaatsen."
Het voorstel dat het verbod regelt is een initiatief van SP en PvdA. Het is in 2006 ingediend, en sindsdien herhaaldelijk aangepast. De politieke discussie over een verbod op nertsenfokkerij is al ouder. In 1999 nam de Tweede Kamer een motie aan over beëindiging van het bedrijfsmatig houden van nertsen, maar dat had toen geen gevolgen.
