Abbas vraagt financiële steun Arabische landen

De Palestijnse president Mahmoud Abbas heeft Arabische landen zondag om financiële steun gevraagd. De Palestijnse Autoriteit komt maandelijks honderd miljoen dollar tekort doordat Israël voor de Palestijnen ingehouden belastingen niet meer afdraagt. Israël nam de stap nadat de Palestijnen bij de Verenigde Naties een verhoogde status hadden aangevraagd en gekregen.

"Wij zijn in een staat van instorting. Wij kunnen onze salarissen niet meer betalen. Daarom moet u een vangnet bieden. Bent u het daarmee eens, bent u onze zaak toegedaan en hoeveel zegt u toe?" vroeg Abbas aan een vergadering van de Arabische Liga in Qatar. "Wij moeten uw standpunt gauw weten." Abbas staat extra onder druk, omdat de rivaliserende Hamas-regering in Gaza in oktober van de emir van Qatar hulp toegezegd heeft gekregen.

Abbas' premier Salam Fayyad deed vorige week een beroep op rijke Arabische landen om zijn regering met 240 miljoen dollar per maand overeind te houden. De Palestijnse Autoriteit kampt al sinds de oprichting in 1994 met geldgebrek, door beperkingen die Israël oplegt maar ook door eigen incompetentie en corruptie. Israël zegt de honderd miljoen dollar weg te schrappen tegen Palestijnse schulden, vooral bij het Israëlische elektriciteitsbedrijf.

Op de bijeenkomst in Doha kregen de Palestijnen in het openbaar geen concrete financiële steun toegezegd. Wel zijn er plannen om een speciale commissie op te richten die toekomstige onderhandelingen met Israël moet begeleiden. De Arabische Liga lijkt daarmee het falen te willen onderstrepen van het zogenoemde Kwartet - de Verenigde Staten, Verenigde Naties, de Europese Unie en Rusland - om het vredesproces aan de praat te krijgen en de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in het oosten van Jeruzalem in te tomen.

"Dit is een nieuwe dag. Dit vereist een nieuw Arabisch plan", zei de Palestijnse onderhandelaar Saeb Erekat.