Besmettingen Groningse hiv-zaak niet bewezen

Het staat niet vast dat de slachtoffers in de Groningse hiv-zaak hun besmetting hebben opgelopen door injecties met besmet bloed. Dat heeft het hof in Arnhem donderdag bepaald. De 54-jarige Peter M. werd veroordeeld tot acht jaar cel voor poging tot zware mishandeling en komt daardoor op vrije voeten. Medeverdachte Hans J. kreeg vijf jaar en zat al sinds mei niet meer vast.

Het was de tweede keer dat de zaak in hoger beroep diende. Het hof in Leeuwarden oordeelde begin 2010 dat de slachtoffers hiv hadden opgelopen door de injecties. De Hoge Raad in maart bepaalde echter dat dit onvoldoende was aangetoond en bepaalde dat het hoger beroep moest worden overgedaan.

De Groninger hiv-zaak kwam aan het licht toen mannen uit Groningen in 2006 bij de politie meldden dat ze bij een seksfeest waren bedwelmd en besmet. De verdachten zouden ze hebben geïnjecteerd met hun bloed. De slachtoffers werden tussen 2004 en 2006 benaderd via chatboxen, maar soms ook van straat geplukt.

De 39-jarige J. zei in de rechtszaal zich diep te schamen. "Hoe heeft dit kunnen gebeuren?", vroeg hij zich openlijk af. Hij verklaarde dat hij zich niet aan de invloed van de 54-jarige M. kon onttrekken. M. gaf op zijn beurt toe dat hij dominante trekken had.

Justitie betoogde twee weken geleden dat in twee van de vijf behandelde gevallen de besmetting wel degelijk was toe te schrijven aan de injecties. In de overige drie gevallen zouden ze de besmetting ook kunnen hebben opgelopen door onbeschermde seks.

Een derde verdachte stond twee weken geleden niet opnieuw voor de rechter. Wim D. werd door het hof in Leeuwarden tot acht maanden cel veroordeeld. Die straf is inmiddels onherroepelijk geworden.