Regeringsleiders verlaten EU-top zonder akkoord

De top van de Europese Unie over de begroting voor de periode 2014-2020 is mislukt. De regeringsleiders gingen vrijdagmiddag uiteen zonder dat er overeenstemming werd bereikt. De Europese president Herman Van Rompuy moet de komende tijd proberen consensus te bereiken.

De regeringsleiders denken dat het mogelijk is om begin volgend jaar een akkoord te sluiten dat de goedkeuring van alle 27 lidstaten kan wegdragen. In een verklaring stellen ze dat de EU een meerjarenbegroting nodig heeft, ondanks de uiteenlopende standpunten van de landen.

"Degelijkheid gaat voor snelheid", zo vatte de Duitse bondskanselier Angela Merkel haar standpunt samen. Merkel had er donderdagavond al op gehint dat er vrijdag geen akkoord zou zijn. Ze wilde niet ingaan op de vraag of het Groot-Brittannië was dat dwarslag.

De Britse premier David Cameron is de meest uitgesproken voorstander van bezuinigingen op de Europese begroting. In een toelichting noemde hij het voorstel van Van Rompuy niet goed genoeg. Behalve Groot-Brittannië lagen volgens Cameron ook Nederland, Duitsland, Zweden, Finland en Denemarken dwars.

Cameron benadrukte dat er in het besproken voorstel geen euro minder zou worden uitgegeven. De Britse premier noemde dat 'een belediging voor de belastingbetaler'. Hij zei ook te blijven strijden voor de Britse korting op de EU-bijdrage, die volgens hem geheel gerechtvaardigd is.

De EU is verdeeld in twee blokken. Tegenover elkaar staan de rijkere landen en de armere landen. De rijke landen willen vanwege de economische malaise in Europa minder bijdragen aan de begroting. De armere landen daarentegen zijn afhankelijk van Europees geld voor economische investeringen.

Er is geen deadline voor een akkoord over de begroting, maar hoe langer het duurt, hoe moeilijker het wordt om nieuwe programma's op soepele wijze uit te rollen. Mocht er voor 2014 geen akkoord worden bereikt, dan wordt de begroting van 2013 aangehouden, plus een uitbreiding van twee procent ter compensatie van de inflatie.