Genocideproces Rwanda van start in Den Haag

De Nederlandse Yvonne N. staat vanaf maandag terecht voor het plegen van genocide. Het is de eerste keer dat iemand met de Nederlandse nationaliteit hiervoor terechtstaat. De zaak wordt behandeld door de rechtbank in Den Haag. De 65-jarige vrouw claimt onschuldig te zijn.

Volgens het Openbaar Ministerie was N. lid van een groep Hutu-extremisten die tussen februari en april 1994 jacht maakte op Tutsi's en gematigde Hutu's. Ook zou ze een vooraanstaand lid zijn geweest van de extremistische partij CDR en riep ze volgens het OM tussen 1990 en 1994 stelselmatig op tot geweld tegen Tutsi's. Dit gebeurde volgens justitie vooral in de wijk Gikondo van de hoofdstad Kigali, waar N. woonde.

Yvonne N. wordt ook verdacht van betrokkenheid bij het doden van zeker twee Tutsi's en pogingen daartoe. Zo heeft N. volgens het OM een rol gespeeld in een bloedbad bij een kerk, op 9 april 1994 in Gikondo. Die dag werden ruim honderd mensen, onder wie kleine kinderen, afgeslacht met knuppels en machetes.

In oktober 1998 kwam N. naar Nederland, in het kader van gezinshereniging. Sinds december 2004 is ze in het bezit van de Nederlandse nationaliteit. In juni 2010 werd ze aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij de genocide. Twee jaar later werd haar voorlopige hechtenis opgeheven.

In september 2010 werd de zaak van N. voor het eerst behandeld in een pro-formazitting. Sindsdien heeft de rechter-commissaris, samen met het OM en de verdediging, ruim zeventig getuigen gehoord, hoofdzakelijk in het buitenland.

Tijdens de volkerenmoord in Rwanda werden in ongeveer drie maanden tijd naar schatting een miljoen Tutsi's en gematigde Hutu's vermoord door milities. N. is door een Rwandese rechtbank in 2007 bij verstek tot levenslang veroordeeld voor haar betrokkenheid.

De zaak is uniek voor Nederland. Het is de eerste keer dat iemand met de Nederlandse nationaliteit terechtstaat voor het plegen van genocide. Wel stond eerder zakenman Frans van Anraat terecht wegens medeplichtigheid aan volkerenmoord. Hij leverde gifgas aan het regime van de Iraakse dictator Saddam Hoessein. Van Anraat werd uiteindelijk veroordeeld voor medeplichtigheid aan oorlogsmisdrijven.

In een eerdere zaak rond de volkerenmoord in Rwanda werd de asielzoeker Joseph M. door het gerechtshof in Den Haag veroordeeld tot levenslang wegens het plegen van oorlogsmisdrijven. Aangezien M. niet de Nederlandse nationaliteit had, kon hij niet worden vervolgd voor genocide.

De Haagse rechtbank heeft vooralsnog acht weken uitgetrokken voor de behandeling van de zaak.