Spong watertandt bij slavernijclaim

Advocaat Gerard Spong sluit niet uit dat een schadeclaim tegen de Nederlandse staat vanwege het slavernijverleden kans van slagen heeft. Dat zegt hij dinsdagavond in het NCRV-programma Altijd Wat. De slavernij in de Nederlandse koloniën werd in 1863 afgeschaft. De advocaat noemt een claimzaak 'woest aantrekkelijk'.

Het is volgens Spong niet onaannemelijk dat de nazaten van Surinaamse en Antilliaanse slaven nog last hebben van de gevolgen van de slavernij. "De slavernij was een geïnstitutionaliseerd fenomeen dat honderden jaren heeft geduurd." Tot nu toe is echter nooit een claim ingediend.

Een claim tegen de staat ligt volgens Spong het meest voor de hand. Het was volgens hem een 'door de staat geaccordeerd instituut, waar de staat zelf ook aan meedeed'. Behalve de staat zouden ook vroegere slaveneigenaren en banken die zelf of in de vorm van hun rechtsvoorgangers betrokken waren bij de slavenhandel een claim aan hun broek kunnen krijgen.

De in Paramaribo geboren Spong noemt een claimprocedure 'juridisch uitdagend'. Omdat het een omvangrijke en langdurige exercitie zou worden, wil hij niet alleen aan de slag. "Ik zou het de moeite waard vinden om samen met andere advocaten een zaak te beginnen."

Mocht Spong met deze zaak succes hebben, dan opent dat deuren naar vele andere juridische mogelijkheden. Zo zou de stad Rotterdam van Duitsland een vergoeding kunnen eisen voor de aangerichte schade van de bombardementen in de Tweede Wereldoorlog, de Nederlandse staat zou Spanje kunnen aanklagen wegens de Spaanse overheersing in de zestiende eeuw en Italië zou verantwoordelijk gesteld kunnen worden vanwege de Romeinse dictatuur van zo'n tweeduizend jaar geleden.