Schadelijke paprikakever in Westland aangetroffen

Bij een paprikateler in het Westland is de schadelijke snuitkever pepper weevil aangetroffen. Voor zover bekend is de kever, die oorspronkelijk in het zuiden van de Verenigde Staten en Midden-Amerika voorkomt, niet eerder in Europa waargenomen. Dat meldt het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie dinsdag.

De teler meldde de aanwezigheid van de kever zelf op 19 juli. Hoe het dier in de kas is gekomen, is niet bekend. Ook bij een naastgelegen bedrijf is de kever hoogstwaarschijnlijk aangetroffen.

De schadelijke paprikakever kan in Nederland dankzij de lage wintertemperatuur niet overleven, maar kan zich wel in kassen vestigen. Binnen twintig dagen ontwikkelt het beestje zich in grote aantallen van ei tot vruchtbare volwassene.

Bloemknoppen of jonge vruchten waar larven in zitten vallen vaak voortijdig af. Ook oudere vruchten worden aangetast. Door de snelle vermenigvuldiging kan er volgens het ministerie grote economische schade ontstaan.

Om verdere verspreiding in Nederland te voorkomen wordt de kever uitgeroeid. Na de vondst heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit de afzet van het bedrijf stilgelegd, de plantenresten gecontroleerd en de resten vervolgens onder toezicht afgevoerd. Inmiddels is begonnen met het ruimen van de kas, die na een quarantaineperiode van een aantal weken weer wordt vrijgegeven.

Een kwart van de schade van de teler wordt door de overheid vergoed. De schade van de teler valt eigenlijk onder het bedrijfsrisico, maar volgens staatssecretaris Henk Bleker (CDA) is sprake van een uitzonderlijke situatie. "Vanwege het grote economische risico wordt de kever met de zwaarst mogelijke bestrijding uitgeroeid", aldus het ministerie.