'Mormonen dopen Oranjes postuum'

Diverse leden van het Koninklijk huis zijn na hun dood postuum gedoopt door de mormoonse kerk. Onder meer de voormalig koninginnen Emma, Wilhelmina en Juliana en prins Claus en prins Bernhard zijn lid gemaakt van de kerk. Dat schrijft Trouw woensdag op basis van gegevens van de wereldwijde kerk.

Volgens de regels mogen mormonen eigenlijk alleen hun eigen voorouders postuum dopen. Niet alle kerkleden houden zich daar echter aan. Zo werd eerder Anne Frank tot verontwaardiging van diverse joden gedoopt.

Een woordvoerder van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, zoals de mormoonse kerk officieel heet, vermoedt dat de doop van de Oranjes is gedaan door 'te enthousiaste leden'. Hij kan zich niet voorstellen dat er bezwaren zijn tegen de doop. "Het is een gebaar van liefde", reageert hij in de krant.

De doop van prins Claus werd in augustus 2004, twee jaar na zijn overleden, voltrokken in een mormoonse tempel in de Braziliaanse stad Campinas. De Rijksvoorlichtingsdienst wil niet reageren op de doopactiviteiten van de mormonen.

Volgens Trouw kan de mormoonse kerk mensen postuum dopen doordat leden massaal putten uit archieven van de burgerlijke stand. Zo bood de kerk alle provinciale archieven aan om de akten uit hun collecties gratis in te scannen. Daardoor konden ze putten uit een enorme databank.