Turkije vergelijkt Syrië met Balkan in jaren '90

De Turkse minister van buitenlandse zaken Ahmet Davutoglu heeft de toestand in Syrië zaterdag vergeleken met die op de Balkan in de jaren negentig. Door gebrek aan internationale consensus ziet het bewind in Damascus zijn kans schoon om keihard op te treden tegen de oppositie, zei hij.

Davutoglu bestempelde het optreden van de Syrische regering als een 'misdaad tegen de menselijkheid'. Hij sprak zaterdag op een persconferentie na een onderhoud met zijn Italiaanse ambtgenoot Giulio Terzi.

"Geen regering, geen autoriteit, kan, onder geen enkele omstandigheid, een dergelijke totale afslachting van de eigen bevolking goedkeuren. De internationale gemeenschap moet haar stem verheffen", zei Davutoglu.

De opstand in Syrië begon bijna een jaar geleden met vreedzame demonstraties, maar omvat nu ook gewapende groepen, onder wie overgelopen militairen uit het Syrische leger, die geen partij zijn voor de met tanks en artillerie uitgeruste regeringstroepen. Volgens de meest recente schatting van de Verenigde Naties zijn in Syrië ten minste 7500 doden gevallen.

Het Syrische bewind omschrijft zijn tegenstanders als 'terroristen', maar de Turkse minister merkte op hoe het optreden van de autoriteiten is verlopen van het schieten op demonstrerende burgers tot lukrake artilleriebeschietingen op hele buurten. "De situatie in het veld lijkt op Sarajevo of Srebrenica. Die kant lijkt het op te gaan", zei Davutoglu.

De Italiaanse minister Terzi zei dat de diplomatieke druk op het regime moet worden opgevoerd. "Wij menen dat alle internationale instellingen dit moeten doen." Terzi noemde de toestand in Baba Amr, de opstandige wijk van de Syrische stad Homs die donderdag na een wekenlange belegering door regeringstroepen werd ingenomen, 'barbaars'.