'Overheid hield vuurwapenrapport onder de pet'

De overheid was acht maanden voor het bloedbad dat Tristan van der V. aanrichtte in Alphen aan den Rijn al op de hoogte van het gebrekkige toezicht op vuurwapenvergunningen. Een onderzoek daarover werd echter nooit openbaar gemaakt. Dat meldt het televisieprogramma Eenvandaag woensdag.

Specialisten van justitie en politie evalueerden vorig jaar de Wet wapens en munitie en uitten in een rapport onder meer zorgen over mensen met psychiatrische problemen en een wapenvergunning. Ook het gebrek aan controle op vergunninghouders werd aangekaart. Het rapport werd nooit openbaar gemaakt en ook niet naar de Tweede Kamer gestuurd. Eenvandaag heeft het onderzoek opgevraagd via de Wet openbaarheid bestuur.

Na de schietpartij in april, waarbij zeven doden vielen, liet minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) de Onderzoeksraad voor Veiligheid onderzoek doen naar het incident. De raad adviseerde onder meer dat aanvragers van een wapenvergunning zelf moeten aantonen dat zij geschikt zijn om een wapen te bezitten.

Kamerleden van D66, SP en PVV reageren in Eenvandaag verbaasd en willen weten waarom ze de informatie nooit hebben gekregen. Minister Opstelten laat weten dat hij destijds geen aanleiding zag het rapport openbaar te maken. Hij zegt het wel te hebben verstrekt aan de Onderzoeksraad voor Veiligheid.

Van der V. was in het bezit van drie wapens. Voor alle drie had hij een vergunning, ondanks zijn psychische gesteldheid. Hij was in 2006 opgenomen geweest in een inrichting, maar dit werd door de politie niet meegewogen bij de beoordeling van zijn aanvraag van een wapenvergunning.