Begrotingstekort NL naar 4,5 procent

Het begrotingstekort loopt dit jaar naar verwachting op tot 4,5 procent. Dat is een stijging van 0,3 procent ten opzichte van de raming die op Prinsjesdag werd gepresenteerd, schrijft minister van Financiën Jan Kees de Jager (CDA) in de Najaarsnota, die hij dinsdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

De verslechtering wordt grotendeels veroorzaakt door lagere inkomsten uit de belastingen. Ook het toegenomen tekort van de lokale overheden is van invloed op het saldo. Meevaller is dat de rentelasten lager uitvallen. Het kabinet kampt met overschrijdingen bij de sociale zekerheid (vierhonderd miljoen) en de zorg (1,2 miljard). Er zijn echter maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de totale uitgaven binnen het afgesproken plafond blijven, stelt De Jager.

"De Nederlandse economie heeft het moeilijk, vooral als gevolg van de schuldencrisis en de onzekere situatie in Europa", licht de minister toe. De stijging van het begrotingstekort komt daarom niet als een complete verrassing, schrijft hij. Er is nog steeds sprake van een verbetering ten opzichte van vorig jaar, toen het tekort 5,1 procent bedroeg.

De staatsschuld komt dit jaar uit op 65 procent van het bbp, blijkt uit de Najaarsnota, waarin de tussenbalans van het lopende begrotingsjaar wordt opgemaakt. Ook dat is een lichte stijging ten opzichte van Prinsjesdag, toen werd uitgegaan van 64,7 procent, en de Voorjaarsnota (64 procent).

Het kabinet werkt hard om de overheidsfinanciën op orde te brengen en om het begrotingstekort verder terug te dringen om weer aan de Europese afspraken te voldoen, schrijft De Jager. Volgens de Europese begrotingsregels mag het tekort niet boven de 3 procent uitkomen.