Meer wapenvergunningen afgenomen na Alphen
Het extra onderzoek naar wapenvergunningen na het bloedbad in Alphen aan den Rijn heeft in totaal 29 mensen hun licentie gekost. Dat zijn er vier meer dan minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) eerder deze maand liet weten. Bij reguliere controles raakten nog eens bijna 220 mensen hun vergunning kwijt. Dat meldt de NOS zondag na navraag bij de 25 politiekorpsen.
Opstelten meldde vorige week dat na de herscreening 25 wapenvergunningen zijn ingenomen. Volgens de NOS baseerde de minister zich op onvolledige cijfers. Bij zeven mensen werd hun licentie ingetrokken vanwege psychische problemen. In de andere gevallen gebeurde dat onder meer omdat zij een strafblad hadden.
In totaal werden zo'n zeventigduizend zogenoemde wapenverloven nog eens tegen het licht gehouden. De wijze waarop dat gebeurde, verschilde sterk per regio. Zo kreeg bijna negentig procent van de wapenbezitters in Groningen bezoek van de politie en gebeurde de screening in Twente vooral administratief. In totaal werd bij zestienduizend mensen een huisbezoek afgelegd.
Volgens de politie bewijst het geringe aantal intrekkingen dat het licentiesysteem werkt. Slechts 0,03 procent van alle vergunningen is ingetrokken. "Het stelsel van vergunningverlening werkt dus behoorlijk goed", zegt een woordvoerder van de politie. "Maar na 'Alphen aan den Rijn' weten we wel dat er maar één persoon hoeft te zijn die doorslaat om een drama te veroorzaken."
Bij de schietpartij in winkelcentrum De Ridderhof in april kwamen zeven mensen, onder wie de schutter Tristan van der V., om het leven. Van der V. was ondanks zijn psychische gesteldheid in het bezit van drie wapens. Voor alle drie had hij een vergunning.
