Zaak tegen Soumaya S. terug naar hof

De zaak tegen terrorismeverdachte Soumaya S. moet opnieuw worden behandeld. De Hoge Raad heeft haar veroordeling tot vier jaar cel vernietigd en de zaak naar het gerechtshof van Amsterdam verwezen.

De reden hiervoor is dat de verdediging tijdens het proces geen inzage kreeg in afgeluisterde telefoongesprekken en een anoniem gebleven contactpersoon van de inlichtingendienst AIVD niet mocht horen. Aanvankelijk had het gerechtshof van Den Haag ingestemd met het verzoek van de verdediging, maar na een afwijzend ambtsbericht van de AIVD werd het alsnog afgewezen.

De Hoge Raad wijst erop dat het hof de verzoeken van de verdediging in eerste instantie 'cruciaal' achtte voor de bewijsvoering. Daarom had het geen genoegen moeten nemen met de 'summiere inhoud' van het bericht van de AIVD.

Het hof had volgens de Hoge Raad na moeten gaan of de telefoongesprekken alsnog hadden kunnen worden gehoord, bijvoorbeeld na het wegpiepen van gevoelige informatie. Ook had moeten worden bekeken of de getuige afgeschermd had kunnen worden gehoord.

De celstraf van terrorismeverdachte Nouriddin el F., die met S. was getrouwd, is door de Hoge Raad verlaagd van acht jaar naar zeven jaar en vier maanden. De verdachte heeft volgens de Hoge Raad onredelijk lang moeten wachten op zijn vonnis en daarom valt zijn straf lager uit. Zijn straf is nu definitief geworden.

El F. en S. werden in het Piranhaproces aangemerkt als leden van een terroristische organisatie. Die organisatie zou onder meer een aanslag hebben voorbereid op het hoofdkantoor van de AIVD. Binnen de groep circuleerden vuurwapens en van een van de leden, Samir A., werd een gefilmd zelfmoordtestament gevonden. S. probeerde via haar zus, die bij een apotheek werkte, aan adressen van politici te komen, onder wie Ayaan Hirsi Ali. Ze werd veroordeeld wegens wapenbezit.

De leden van de groep kregen celstraffen tot negen jaar. Na de veroordeling door het hof gingen El F. en Soumaya S. in cassatie. El F. is eerder tot ongeveer anderhalf jaar cel veroordeeld in het proces tegen de Hofstadgroep, een groep radicale moslimjongeren die onder meer bijeenkwam in het huis van Mohammed B., de moordenaar van Theo van Gogh.