Huishoudens geven minder uit
Nederlandse huishoudens hebben in juni 0,9 procent minder uitgegeven dan in dezelfde maand vorig jaar. Voor het eerst in ruim een jaar lagen de bestedingen daarmee lager dan een jaar eerder. Dat blijkt maandag uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Met name aan goederen werd in juni minder besteed, huishoudens gaven hier 3,4 procent minder aan uit. Huishoudens trokken vaker de portemonnee voor diensten, hiervan lagen de bestedingen 1,3 procent hoger. De cijfers zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen en veranderingen in de samenstelling van de koopdagen.
Aan voeding en genotsmiddelen en aan duurzame goederen werd 3,7 procent minder besteed. Een dergelijke afname heeft zich bij duurzame goederen in anderhalf jaar niet voorgedaan, schrijft het CBS. De daling wordt vooral veroorzaakt doordat in juni veel minder werd uitgegeven aan nieuwe personenauto's. In de maanden hiervoor was juist een sterke toename te zien in de aankoop van nieuwe auto's.
Over de eerste zes maanden van 2011 is de consumptie gelijk gebleven ten opzichte van dezelfde periode in 2010. Dat huishoudens niet meer zijn gaan uitgeven komt volgens het CBS door de amper gestegen lonen en de prijsinflatie.
De gemiddelde in cao's afgesproken loonsverhoging bedroeg een procent. De inflatie van prijzen was in deze periode hoger. In juli bedroeg de geldontwaarding 2,6 procent. Hierdoor kan minder gekocht worden dan voorheen. De koopbereid onder consumenten was daarnaast ook laag. De indicator hierover schommelde tussen januari en juni tussen de -8 en -12.
Het CBS verwacht over juli en augustus ook een minder hoge consumptie. Dit wordt veroorzaakt door de verslechterde arbeidsmarkt en het verder afnemende consumentenvertrouwen.
