Schilderij leidde naar Goran Hadzic

Een schilderij van de Italiaanse meester Modigliani leidde naar de schuilplaats van Goran Hadzic, de laatste grote prooi van het Joegoslaviëtribunaal in Den Haag. Hadzic werd woensdag door speciale eenheden ingerekend in een afgelegen berggebied in het noorden van Servië.

Vorig jaar vonden de Servische autoriteiten een foto van de Italiaanse schilder Amedeo Modigliani in het huis van Zoran Mandic, een goede vriend van Hadzic. Mandic zou van plan zijn geweest het werk, Portret van een man, te verkopen, evenals enkele andere schilderijen. Hieruit trokken de autoriteiten de conclusie dat Hadzic in geldnood verkeerde en zijn vrijheid financierde met de verkoop van kunstwerken die in het bezit waren van hem en zijn vrienden.

"Het schilderij opende de doos van Pandora", zei plaatsvervangend aanklager voor oorlogsmisdaden Bruno Vekaric. Volgens hem was het schilderij 22 miljoen euro waard.

De autoriteiten hielden het financiële netwerk van Hadzic' bondgenoten maandenlang in de gaten en voerden de druk op diens familieleden op. "Dit (...) leidde uiteindelijk tot resultaten", zei Vekaric.

De politie ontdekte dat Hadzic woensdag had afgesproken met een geldkoerier en arresteerde hem in een bos buiten het dorp Krusedol, in een heuvelachtig gebied in Noord-Servië waar veel van zijn familieleden wonen. Hoewel gewapend verzette Hadzic zich niet tegen zijn arrestatie.

De advocaat van de Servische verdachte liet weten dat zijn cliënt niet in beroep gaat tegen zijn uitlevering aan het Joegoslaviëtribunaal, wat betekent dat de uitlevering binnen enkele dagen kan plaatsvinden.

De nu 53-jarige Hadzic werd in 2004 door het Joegoslaviëtribunaal in staat van beschuldiging gesteld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Hij zou deze misdaden hebben begaan toen hij de leider was van de Servische republiek Krajina, een gebied in Kroatië dat de Serviërs innamen toen Kroatië zich in 1991 onafhankelijk verklaarde van het toenmalige Joegoslavië.

Hadzic is onder andere vervolging op politieke, raciale of religieuze gronden, deportatie, marteling, moord en uitroeiing ten laste gelegd. Slachtoffer van deze misdaden was de niet-Servische bevolking van de Krajina.


Schilderij leidde naar Goran Hadzic (Foto: Novum)