'Bied ambtenaren een gewoon contract'

De speciale rechtspositie van ambtenaren moet verdwijnen. Volgens Tweede Kamerleden Fatma Koser Kaya (D66) en Eddy van Hijum (CDA) zouden het gewone werknemers moeten worden met een regulier arbeidscontract. Het initiatiefwetsvoorstel van de twee gaat maandag naar de Kamer. Op dit moment worden ambtenaren nog benoemd op basis van een aanstellingsbesluit.

Het voorstel van D66 en het CDA moet de arbeidsrechten van werknemers en ambtenaren vanaf 2015 gelijktrekken. "Een secretaresse bij een ministerie en een secretaresse bij een bank moeten dezelfde rechten hebben. Helaas is het nog niet zo. Hoog tijd om dit te veranderen", verklaarde Koser Kaya in het Radio 1 Journaal.

Doordat ambtenaren benoemd worden op basis van een besluit, zijn ze juridisch gezien geen werknemer. Tegen ieder besluit dat hen raakt, kunnen ze beroep aantekenen. Volgens Koser Kaya kan zo'n procedure soms wel negen jaar duren. Volgens Van Hijum moet de overheid zijn werkgeversrol serieuzer gaan nemen.

De speciale positie van ambtenaren is gebaseerd op de Ambtenarenwet uit 1929. De gedachte daarachter was dat aan het beroep van ambtenaar bijzondere eisen gesteld werden omtrent dienstbaarheid, inzetbaarheid en integriteit. De afgelopen jaren is er al het een en ander veranderd aan het de recht van ambtenaren. Zo hebben ambtenaren tegenwoordig een cao. Ook het verbod om te staken is opgeheven.

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken liet in 2006 onderzoek uitvoeren naar de gelijkstelling van ambtenaren met gewone werknemers. Daaruit bleek dat dit tussen de 5 en 7,6 miljoen euro per jaar bespaart, vooral in de rechtspraak en doordat er minder regels zijn.

De omschakeling kost echter ook geld. De eenmalige kosten worden geraamd op een bedrag tussen de 76 en 245 miljoen euro. Behalve in de administratieve organisatie betreft het voor een groot deel opleidingskosten. Managers, medewerkers van personeelszaken, leden van de ondernemingsraad en kaderleden van de vakbonden moeten worden omgeschoold.

De formele ambtenarenstatus en de ambtseed die ambtenaren moeten afleggen blijven in het voorstel bestaan. Militairen en rechters vallen niet onder deze nieuwe regeling.