Deskundigen noemen puntenrijbewijs zinloos

Het invoeren van een puntenrijbewijs is zinloos. Het kost geld en de verkeersveiligheid gaat er nauwelijks op vooruit, stellen de ANWB en de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) maandag in het Financieele Dagblad.

Het Openbaar Ministerie adviseerde eind vorige maand voor iedereen een puntenrijbewijs in te voeren dat bij te veel verkeersovertredingen wordt ingetrokken. Wie in vijf jaar twee keer wordt gepakt voor rijden onder invloed, bumperkleven of te hard rijden, raakt dan minimaal zes maanden zijn rijbewijs kwijt. Die termijn kan oplopen tot anderhalf jaar.

De ministeries van Infrastructuur en Milieu en Veiligheid en Justitie werken aan een plan om dit door te voeren, maar volgens de SWOV leidt het slechts tot schijnveiligheid.

De stichting keek naar de effecten in andere Europese landen waar een puntenrijbewijs is ingevoerd. Alleen kort nadat het systeem is ingevoerd, zouden chauffeurs voorzichtiger rijden. Daarna ebt het effect volgens de stichting weg.

Alleen in Italië rijden chauffeurs voorzichtiger, maar dat komt doordat tegelijk de verkeerscontroles zijn verscherpt. Directeur van de ANWB Guido van Woerkom wijst op een ander zwak punt. "Stel dat je het rijbewijs van een hufter afpakt, wedden dat hij dan toch binnen twee weken weer achter het stuur zit?" Volgens hem kan het geld beter in meer verkeerscontrole worden gestoken.

Momenteel geldt alleen voor beginnend bestuurders een puntenrijbewijs. Zij mogen minder alcohol in hun bloed hebben en verliezen het rijbewijs na drie zware overtredingen. Dit leidde volgens de SWOV niet tot minder ongevallen.