Advies: Zaak verdachte Piranhazaak moet over

De zaak tegen een vrouw die in oktober 2008 werd veroordeeld tot vier jaar cel omdat ze lid was van een terroristische organisatie moet over. Dat concludeert de advocaat-generaal bij de Hoge Raad.

Soumaya S. is een van de verdachten in de zogenoemde Piranhazaak. In de zaak legde het gerechtshof in Den Haag de verdachten in 2008 straffen tot negen jaar cel op.

De advocaat-generaal bij de Hoge Raad stelt nu dat S. twee keer is veroordeeld voor vuurwapenbezit, door de rechtbank in Rotterdam en het gerechtshof in Den Haag. Het is bij wet verboden om twee keer voor hetzelfde misdrijf te worden veroordeeld. Daarom moet het arrest van het hof in Den Haag volgens de advocaat-generaal vernietigd worden en moet de zaak overgedaan worden.

Het hof in Den Haag achtte destijds bewezen dat de vrouw met Samir A. en Nouriddin el F. een terroristische organisatie vormde en een aanslag voorbereidde op het hoofdkantoor van de inlichtingendienst AIVD. De verdachten hebben volgens het hof misdrijven gepleegd die behoren tot 'een van de ernstigste misdrijven die de staat, de samenleving en de democratische staatsinrichting bedreigen'.

De conclusie van de advocaat-generaal gaat naar de Hoge Raad. Die doet naar verwachting op 17 mei uitspraak.