Adviseur Hoge Raad laakt wraking Wilders-rechtbank

Een advocaat-generaal van de Hoge Raad is van mening dat de rechtbank in het proces-Wilders nooit gewraakt had moeten worden. Diederik Aben schreef in oktober hier een notitie over die bestemd was voor een beperkte kring juristen, maar uitlekte. De Hoge Raad laat in een reactie weten het te betreuren dat de notitie naar buiten is gekomen en benadrukt dat het gaat om een privéopvatting. Geert Wilders spreekt van een 'schandelijke zaak' en een 'enorme blunder van justitie'.

Maandag werd het stuk geplaatst op de website Njblog.nl. De Hoge Raad laat weten niet in de positie te zijn om een standpunt in te nemen over de vraag of de rechtbank wel of niet gewraakt moest worden. Op het standpunt dat Aben naar voren brengt kan de Hoge Raad ook niet reageren.

Wilders spreekt vaan een 'schandelijke zaak van blijkbaar bevooroordeelde advocaat-generaal die in zijn vrije tijd zijn gewraakte vriendjes meent te moeten verdedigen', "Gelukkig is de man teruggefloten."

Aben stelt dat de uitspraak van de wrakingskamer van 22 oktober om Geert Wilders nieuwe rechters te geven juridisch onjuist is. Wilders' advocaat Bram Moszkowicz diende het verzoek om nieuwe rechters in nadat de rechtbank besloten had om arabist Hans Jansen niet onmiddellijk opnieuw te horen. Deze beslissing zou de schijn van partijdigheid hebben gewekt.

De wrakingskamer oordeelde dat de rechter niet duidelijk heeft gemaakt waarom Jansen, die die dag in de rechtszaal aanwezig was, niet mocht worden gehoord. Aben vindt echter dat hier goede juridische redenen voor waren. Er was volgens hem geen noodzaak om Jansen direct te horen, dit zou ook later kunnen, betoogt hij.

Dat de wrakingskamer wees op eerdere incidenten tijdens het proces waarbij Moszkowicz vond dat er een 'schijn van partijdigheid' hing om de rechters, noemt Aben een 'gotspe'. Volgens Aben is het oordeel van de wrakingskamer in strijd met de geldende jurisprudentie.