Europa moet twee IMF-zetels opgeven

De ministers van Financiën van de G20 hebben vandaag in Zuid-Korea afgesproken dat Europa twee zetels in het Internationaal Monetair Fonds (IMF) opgeeft. De zetels moeten worden opgegeven ten gunste van opkomende economieën als Brazilië, Rusland en India.

Opkomende economische grootmachten moeten een grotere stem krijgen binnen het dagelijks bestuur van het IMF, dat 24 zetels telt. Binnen de huidige structuur is dat alleen mogelijk als er zetels worden opgegeven. Vorig jaar is afgesproken dat opkomende economieën vijf procent meer invloed moeten krijgen. Of een en ander consequenties heeft voor Nederland is niet duidelijk. 

Naast de nieuwe zetelverdeling, is ook afgesproken dat de benoeming van belangrijke functies binnen het IMF niet langer in handen is van de vijf permanente leden, te weten de Verenigde Staten, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Japan. Voortaan neemt het voltallige bestuur dergelijke beslissingen.

Het IMF streeft naar bevordering van internationale samenwerking op monetair gebied en het mogelijk maken van een evenwichtige groei van de internationale handel. Bij de organisatie zijn momenteel 187 landen aangesloten. De ministers van Financiën en de presidenten van de centrale banken van deze lidstaten vormen de Raad van Gouverneurs, de hoogste autoriteit binnen het IMF.

De dagelijkse leiding is echter in handen van de Raad van Bewindvoerders, bestaande uit 24 personen die alle lidstaten vertegenwoordigen. Naast de vijf eerder genoemde permanente leden, zijn er ook nog 19 leden die gekozen worden voor een termijn van twee jaar. Nederland is één van die leden en vertegenwoordigt een kiesgroep van 13 landen, waaronder Bulgarije, Cyprus en Israël.

De overige Europese vertegenwoordigers zijn België, Spanje, Italië, Denemarken en Zwitserland. Twee van de negen zetels moeten nu dus worden opgegeven. Minister De Jager van Financiën denkt dat de kans dat Nederland zelf de zetel kan verdedigen tijdens de G20-top klein is.