Stichting schat aantal zwerfjongeren hoger in

Het aantal zwerfjongeren in Nederland is twee tot drie keer zo hoog als werd aangenomen. Dat stelt de Stichting Zwerfjongeren Nederland. De Algemene Rekenkamer wijst erop dat het net afhangt van welke definitie wordt gehanteerd.

Vorig jaar schatte de Algemene Rekenkamer het aantal zwerfjongeren op zesduizend. Voor dat getal had de rekenkamer navraag gedaan bij gemeenten. "Op basis van de schattingen van gemeenten is toen een totaalplaatje gemaakt", zegt een woordvoerder. "Maar de schattingen van de gemeenten stamden uit 2007, dus actueel was dat cijfer allerminst."

De rekenkamer tekende toen al aan dat het hard nodig is met een duidelijke definitie te komen. Na lang gesteggel kwam het ministerie van Volksgezondheid inderdaad met een definitie.

Samengevat zijn zwerfjongeren volgens die definitie daklozen onder de 23 jaar die minstens een nacht in de maand buiten of in bijvoorbeeld een auto moeten slapen, bij vrienden of familie overnachten zonder uitzicht op een vaste slaapplek of bij verblijven van de maatschappelijke opvang slapen. De definitie komt niet helemaal overeen met de definitie die de rekenkamer eerder hanteerde.

De Stichting Zwerfjongeren Nederland schat het aantal zwerfjongeren nu in op twaalfduizend tot achttienduizend. De schatting is gebaseerd op gesprekken met straatcoaches en andere hulpverleners.

Een woordvoerder was niet bereikbaar om toe te lichten wat de stichting tot een zwerfjongere rekent. De cijfers zijn volgens de rekenkamer niet te vergelijken. "Tot welke leeftijd word je tot zwerfjongere gerekend? Is iemand die met psychische problemen langdurig in een ziekenhuis is opgenomen nog steeds een zwerfjongere? Hoe lang moet je geen dak boven je hoofd hebben om een zwerfjongere te zijn?", zijn een paar van de vragen die de woordvoerder opsomt.

Wel neemt het aantal zwerfjongeren ook in de tellingen van de rekenkamer al jaren toe. De grootste groep zwerfjongeren is volgens de stichting tussen de 18 en 21 jaar oud. Zo'n veertig procent zou vrouw zijn. Volgens de stichting is er vaak geen passende opvang voor zwerfjongeren, waardoor ze veel moeite hebben een nieuw leven op te bouwen.

Bij de nacht- en dagopvang voor volwassenen zijn soms wel plaatsen vrij, maar jongeren voelen zich daar volgens de stichting niet op hun gemak.

Submitter:  Bron: Novum