Ambtenaren: aantal Kamervragen en spoeddebatten beperken
Als het aan jonge ambtenaren ligt wordt de hoeveelheid Kamervragen en spoeddebatten flink beperkt. Dat blijkt uit een enquête van de stichting Jonge Ambtenaren. 82 procent van de jonge ambtenaren (tot 35 jaar) bij de Rijksoverheid heeft weleens het gevoel dat ze werk dat te maken heeft met de Tweede Kamer voor niks doen.
Een vraag uit de Tweede Kamer om een spoeddebat kost ambtenaren veel werk. Zo moeten ze dossiers samenstellen die ministers of staatssecretarissen tijdens zo'n debat gebruiken. Daarnaast zijn ze vaak lang bezig met het beantwoorden van Kamervragen omdat het antwoord afgestemd moet worden met alle betrokkenen en een minister of staatssecretaris het moet goedkeuren.
De ambtenaren vinden het niet erg om dat werk te doen, maar wel als een Kamervraag nutteloos is of alleen maar wordt gesteld voor de media-aandacht. Bijna tweederde van de jonge ambtenaren heeft regelmatig of heel vaak het gevoel dat Kamervragen alleen voor de bühne worden gesteld. "Vragen gaan vaak over de waan van de dag en over de voorpagina van de krant. Ook lijkt het meer te gaan om het stellen van de vraag dan om het antwoord", zo zegt één van hen. De ambtenaren klagen ook over suggestieve, onzinnige en kwalitatief slechte vragen. "Soms is één blik in het wetboek voldoende om zelf het antwoord te weten."
Veel politieke partijen roepen nu dat het aantal ambtenaren omlaag moet. Maar ambtenaar Xander Beks vindt dat politici die dat roepen ook naar zichzelf moeten kijken. "Als er minder ambtenaren komen, gaat de werkdruk zeker omhoog. De werkzaamheden voor de Kamer krijgen dan de overhand en de verhouding wordt scheef." Hij zegt dat Kamervragen vaak vragen naar de bekende weg zijn, of alleen worden gesteld om de partij op de kaart te zetten. "Het is zeker een probleem. Ik vind echt dat de Kamer de verantwoordelijkheid moet nemen."
