Minder dopinggevallen in Nederland

Het aantal dopingzaken in de Nederlandse sport is ook vorig jaar minder geworden. De dopingautoriteit heeft in 2009 27 sporters aangegeven die het reglement overtraden. Er werd vandaag in het jaarverslag bekendgemaakt dat het in 23 gevallen om verboden stoffin in urinemonsters ging. In 2008 waren er nog 30 zaken en een jaar eerder zelfs 56.

De dopingautoriteiten voerden vorig jaar 2636 controles uit waarbij in 67 monsters in totaal 75 verboden stoffen werden aangetroffen. Daarvan bevatten 42 stalen anabolen steroïden. De betrapte sporters betroffen 25 mannen en twee vrouwen. Vier van hen weigerden mee te werken aan een dopingtest of wilden de uitkomsten manipuleren. De meeste overtreders, negen in totaal, waren actief in het basketbal. In het voetbal en in de atletiek werd er in tegenstelling tot in 2008 niemand betrapt. Drie zaken zijn volgens de dopingautoriteit nog in onderzoek.

"We zien als tendens dat het aantal dopinggevallen omlaag gaat. Aan de andere kant neemt de ernst van de gevallen wel toe," zei de directeur van de dopingautoriteit Herman Ram. In zeven monsters werden vorig jaar afbraakproducten van meer dan één stof gevonden, terwijl dit in 2008 was dat twee keer het geval was. "Het percentage dopinggevallen in Nederland verhoudt zich redelijk gemiddeld ten opzichte van andere landen."