Olympisch schaatspak bevat 'verboden' stof

Het schaatspak dat speciaal voor de Nederlanders op de Winterspelen is ontwikkeld, dankt mede zijn snelheid aan een stof die in de zwemwereld per 1 januari verboden is. De bovenbenen van Sven Kramer en Annette Gerritsen zijn in Vancouver gehuld in polyurethaan, een stof dat drijvend vermogen levert en daarom in het zwemmen verbannen is.

Polyurethaan heeft daarnaast een structuur die de lucht gunstig 'verwerkt', hetgeen de Nederlandse schaatsers volgens kenners tijdwinst oplevert. Op de bovenbenen zit ook polyester. Die laatstgenoemde stof wordt bijvoorbeeld ook - samen met polyamide - gebruikt bij de knieën. Dankzij een uitgekiende samenstelling wordt getracht de luchtweerstand zo laag mogelijk te houden.

Op hoge snelheid glijdt de lucht langs de outfit, waardoor er aan de achterkant een zuigende werking ontstaat. Na uitvoerige testen in een windtunnel is gebleken dat dit ruwe materiaal het zog juist doorbreekt, waardoor voorkomen wordt dat de schaatsers als het ware 'teruggetrokken' worden. Dat hebben ingewijden aan het ANP verklaard.

De samenstelling van de outfit is strikt geheim en direct betrokkenen hebben een geheimhoudingsverklaring moeten ondertekenen om het uitlekken van deze feiten te voorkomen. Het zogenoemde KNSB-pak is ontwikkeld in samenwerking met de Vrije Universiteit van Amsterdam en de Technische Universiteit van Delft. De pakken worden gemaakt door het bedrijf Sportconfex van Bert van der Tuuk.