Kamer besluit over kilometerheffing

De Tweede Kamer besluit uiteindelijk of de kilometerheffing er wel of niet komt, niet de ANWB. Dat bleek uit de antwoorden die minister van Verkeer Camiel Eurlings (CDA) vandaag gaf tijdens het wekelijkse vragenuurtje. "Ik heb op geen enkele manier de Tweede Kamer willen desavoueren."

De bewindsman was door D66 in de Kamer ontboden vanwege de ophef die was ontstaan over het belang dat Eurlings toedicht aan de ledenraadpleging die de ANWB momenteel houdt over de kilometerheffing. De minister verklaarde afgelopen vrijdag dat de heffing er niet komt, als de ledenraadpleging ertoe leidt dat de ANWB een verklaard tegenstander van de heffing wordt.

Verschillende partijen in de Kamer legden deze woorden zodanig uit dat de minister het besluit over de invoering van de kilometerheffing overlaat aan de ANWB in plaats van het parlement. "Wie regeert er nu eigenlijk", vroeg Boris van der Ham (D66) zich af.

Volgens Eurlings, die zich verbaasd toonde over de ontstane commotie, waren zijn opmerkingen alleen bedoeld om de ANWB bij de les te houden. Hij wees erop dat de invoering van de kilometerheffing nog jaren gaat duren, en dat de steun van de ANWB daarbij onontbeerlijk is. "Het is de grote uidaging om dit draagvlak de komende jaren overeind te houden."

Het zou verkeerd zijn om alleen de steun van de huidige coalitiepartijen in de Kamer te zoeken. Dat kan wel eens 'pyrrusoverwinning' blijken als het draagvlak over een paar jaar wegvalt, zei Eurlings. "Als de ANWB uit de kar zou springen en een groot tegenstander zou worden, dan maak ik mij weinig illusies, de kans dat het er dan komt is heel erg klein."

Daarom moeten verbeteringen die de ANWB voorstelt naar aanleiding van de ledenraadpleging ook serieus worden genomen. De bewindsman zei dat de Kamer daarbij vanzelfsprekend het laatste woord heeft. "Dat is een waarheid als een koe; ik heb ook nooit anders beweerd." Als de ANWB vindt dat er dingen beter kunnen, dan zal Eurlings de 'koninklijke weg' bewandelen en wijzigingsvoorstellen indienen bij de Tweede Kamer, die er vervolgens over besluit.