Explosie in Iraanse bus in Syrië

In de Syrische hoofdstad Damascus heeft zich in een bus met Iraanse pelgrims vandaag een explosie voorgedaan. Volgens het Arabische tv-station Al-Jazeera zouden er vijf doden en tientallen gewonden zijn. De ontploffing vond volgens ooggetuigen plaats bij een tankstation in de wijk Sayyeda Zainab, waar een sjiitisch heiligdom is gevestigd.

Jaarlijks reizen vele duizenden Iraanse pelgrims naar het heiligdom van Sayyeda Zainab, de kleindochter van de profeet Mohammed. De overgrote meerderheid van de Iraniërs is sjiiet. In de buurt van de tombe wonen ook veel Iraakse sjiieten die uit hun land zijn gevlucht. De plaats van de aanslag is door de politie afgegrendeld.

De ontploffing komt op een moment dat de Iraanse onderhandelaar in de nucleaire kwestie, Saeed Jalili, voor overleg in Damascus is. Iran en Syrië zijn al decennia trouwe bondgenoten.

Het Libanese tv-station Al-Manar, eigendom van Hezbollah, speculeerde dat de explosie mogelijk veroorzaakt is door een gasfles in de bagage van een van de pelgrims in de bus.

Bomaanslagen zijn een zeldzaamheid in Syrië, maar in 2008 vielen bij een aanslag in Damascus zeventien doden. Die aanslag werd toegeschreven aan de in Libanon gevestigde soennitische beweging Fatah al-Islam die banden zou onderhouden met al-Qaeda. En in februari van dat jaar kwam Imad Moughniyah, een belangrijke leider van de Libanese beweging Hezbollah, om door een bomaanslag.

In Irak zijn Iraanse pelgrims geregeld het doelwit van bomaanslagen. Die worden vaak opgeëist door groepen gelieerd aan al-Qaeda. Radicale soennieten beschouwen sjiieten als afvalligen.