Ex-soigneur: "Renners pakken epo net voor Tour"

Een voormalig verzorger van US Postal, Prentice Steffen, plaatst vandaag in het Franse sportblad L’Equipe een nieuwe dopingbom onder de Tour de France. "Verschillende renners pakten epo op hun stages, net voor de Tour."

De ex-soigneur, die US Postal eind 1996 verliet voor de komst van Lance Armstrong, noemt in het sportblad geen namen van renners en ploegen, maar is vrij zeker van zijn zaak. "Verschillende ploegen hebben op trainingskampen voor de Tour epo genomen om hun hemocrietwaarde op te krikken, bij sommigen tot 60. Daarna nam een dokter bloed af en plaatste dit in een speciale zak, zodat de renners bij controles voor de Tour een normale bloedwaarde zouden vertonen."

Ook tijdens de Tour gaan deze praktijken door. Steffen: "De teams weten dat de vampiers (controledokters) elke dag kunnen langskomen, maar dat gebeurt altijd tussen 7 en 8 uur. Hierna is er geen gevaar meer voor een controle en kunnen de renners hun eigen bloed opnieuw inspuiten. Ze kunnen de rit dan afwerken met een enorm voordeel dankzij een hematocrietwaarde tussen 55 en 58."

En ook na afloop van de koers hebben de ploegen het, volgens de soigneur, op de hotelkamer erg druk met malafide praktijken. "’s Avonds in het hotel wordt het surplus aan bloed opnieuw afgenomen zodat ze zonder probleem de slaap kunnen vatten, én vooral de controles van de dag erna kunnen doorkomen", vertelt Steffen, die meteen ook een simpele oplossing heeft voor deze problematiek. "Voer controles uit net voor de start van een rit."