Sportwereld staat stil bij Tweede wereldoorlog

Zestig jaar na de bevrijding heeft de Nederlandse sportwereld eindelijk de in de Tweede Wereldoorlog omgekomen sporters herdacht.

Op initiatief van buurtbewoner Martin Dijkstra en sporthistoricus Jurryt van de Vooren stonden woensdag bij het Olympisch Stadion in Amsterdam voorzitter Erica Terpstra van sportkoepel NOC/NSF en oud-baanwielrenner Jan Derksen stil bij de honderden, zo niet duizenden omgekomen sporters.

Hoeveel bekende en minder bekende sporters er zijn omgekomen in de Tweede Wereldoorlog is niet precies bekend. Uit de diverse naslagwerken blijkt dat in elk geval 36 deelnemers aan de Olympische Spelen de oorlog niet overleefd hebben.

Tot de omgekomenen behoorden vier van de vijf joodse leden van de vrouwenturnploeg die goud won bij de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam en hun coach, die in de vernietigingskampen van Auschwitz-Birkenau en Sobibor de dood vonden. Sporten als boksen, schermen, roeien, atletiek, gewichtheffen, moderne vijfkamp, paardrijden, schieten en zeilen verloren eveneens Nederlandse olympische deelnemers.