Trafigura wist van gifafval

De top van de in Amsterdam gevestigde oliehandelaar Trafigura Beheer wist dat het afval dat het bedrijf in 2006 in Ivoorkust liet storten, giftig was en niet uit Europa mocht worden geëxporteerd. Bij een eerdere poging giftig afval kwijt te raken in Tunesië, werd door een agent van Trafigura opdracht gegeven de herkomst van de partij te verzwijgen.

Kort voor de dramatisch verlopen stort in Ivoorkust, die aan vijftien mensen het leven kostte, trof het bedrijf ook voorbereidingen om het afval weg te werken in Nigeria. Dat blijkt uit interne e-mails van Trafigura en andere vertrouwelijke stukken waarover de Volkskrant beschikt.

Directeur en medeoprichter Claude Dauphin van Trafigura was volgens de interne correspondentie persoonlijk betrokken bij het opstellen van scenario's om het chemisch afval kwijt te raken. De topman hield één operatie in Nigeria tegen en werd geïnformeerd over de experimenten aan boord van de tanker Probo Koala. Daarbij werd een slechte kwaliteit Mexicaanse nafta met chemicaliën en loog bewerkt om er benzine van te maken.

Directeur ontkent
Hoewel zijn naam op diverse plaatsen opduikt, ontkende directeur Dauphin tot dusver elke betrokkenheid met het transport van de Probo Koala. Tijdens zijn verhoor door de Ivoriaanse politie in september 2006 zei hij onmogelijk honderd schepen in de gaten te kunnen houden. Dauphin zou pas na het drama in Ivoorkust van het schip hebben gehoord.

In de nog lopende rechtszaak in Nederland is de directeur in juni 2008 buiten vervolging gesteld. De Amsterdamse rechtbank accepteerde zijn verweer dat niet zou zijn aangetoond dat hij zelf betrokken was bij de export van het afval van de EU naar Afrika. Het Openbaar Ministerie heeft één getuige die dat beweert, maar dat is volgens de rechtbank onvoldoende.

Uit de correspondentie blijkt dat de Griekse scheepsagent van Trafigura de kapitein van de Probo Koala in april 2006 opdracht geeft te liegen over de afgifte van een vergelijkbare partij schadelijk afval in Tunesië. De instructie: "Onthul niet, herhaal NIET, de aanwezigheid van het materiaal aan wie dan ook, en meldt het simpelweg aan als waswater van (schoonmaken van) de tanks".

Sinds de affaire in Ivoorkust benadrukt Trafigura dat het afval van de Probo Koala niet bijzonder giftig of schadelijk was, en normaal in het Afrikaanse land verwerkt had kunnen worden. Uit de interne documenten blijkt echter dat het bedrijf al in december 2005 een eigen analyse maakte waaruit bleek dat de bewerking van de nafta op zee giftig afval zou opleveren.

"Deze methode is in de meeste landen uitgebannen vanwege de gevaarlijke samenstelling van het afval. De EU-wetgeving staat export niet toe", aldus de memo aan directeur Dauphin en Trafigura-handelaren. In een interne e-mail wordt vastgesteld dat "terminals in de EU, Verenigde Staten en Singapore de operatie niet langer toestaan omdat de milieudiensten verbieden dat men zich ontdoet van het giftige loog."