Tiger Awards naar Iran, Turkije en Zuid-Korea
De belangrijkste prijzen van het evenement in de havenstad gingen naar Be Calm and Count to Seven (Aram Bash va ta Haft Beshmar) van Ramtin Lavafipour (Iran), Wrong Rosary (Uzak Ihtimal) van Mahmut Fazil Coskun (Turkije) en Breathless (Ddongpari) van Yang Ik-June (Zuid-Korea).
Het was dit jaar voor het eerst dat een Turkse film meedong naar een Tiger Award. Er waren dit jaar geen Nederlandse genomineerden. De winnaars van de Tiger Awards ontvingen ieder 15.000 euro. De VPRO zendt de winnende producties, die door een internationale jury zijn gekozen, op televisie uit.
Het festival maakte vrijdag ook de winnaars van andere prijzen bekend. De Netpac Award, een prijs van het Network for the Promotion of Asian Cinema, ging dit jaar naar The Land (Dadi) van He Jia (China). Een speciale vermelding was er voor Agrarian Utopia van Uruphong Raksasad (Thailand). De jury van de internationale associatie van filmcritici Fipresci koos voor Blind Pig Who Wants to Fly (Babi Buta Yang Ingin Terbang) van Edwin (Indonesië).
De Kring van Nederlandse Filmjournalisten (KNF) kende de KNF Award toe aan Tony Manero van Pablo Larraín (Chili/Brazilië). De filmjournalisten kozen de winnaar uit een officiële selectie films uit het IFFR-programma die nog niet zijn aangekocht voor distributie in Nederland. Om de aankoop te bevorderen, bestaat de prijs uit de kosten van de ondertiteling.
Het festival sluit de 38e editie zondag af met de Volkskrantdag.
