Inwoners probleemwijken sneller uit bijstand

Het aantal mensen in probleemwijken dat langdurig afhankelijk is van de bijstand is vorig jaar met zes procent gedaald. Die afname is iets sneller dan het landelijk gemiddelde en komt mede door de goed draaiende economie, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vandaag. Het totaal aantal mensen dat langdurig bijstand ontvangt nam vorig jaar met 5,5 procent af.

In de veertig door minister voor Wonen, Wijken en Integratie Ella Vogelaar (PvdA) aangewezen aandachtswijken zit bijna zeven procent van de bewoners langdurig in de bijstand. Dat is vier keer zo veel als het landelijk gemiddelde. De helft van alle aandachtswijken ligt in de vier grote steden, die bijna tachtig procent van alle inwoners van aandachtswijken voor hun rekening nemen, aldus het CBS.

Van de vier grote steden heeft Rotterdam het grootste aandeel mensen met een langdurige bijstandsuitkering. In de Maasstad was de afname in 2007 ook het grootst, namelijk ongeveer acht procent. Den Haag is de enige van de vier grote steden waar het aantal mensen met langdurige bijstand in de aandachtswijken minder sterk afneemt dan in de niet-aandachtswijken. Het gaat om respectievelijk ruim vier en vijf procent. In Utrecht was de daling in beide soorten wijken zo'n zes procent, in Amsterdam vijf.