Raad wil meer allochtone handen aan het bed

In de zorg moeten meer Turkse en Marokkaanse vrouwen aan de slag gaan. Dat staat in een advies van de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) dat vandaag is gestuurd naar staatssecretaris Ahmed Aboutaleb (PvdA) en minister Piet Hein Donner (CDA), beiden van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De raad wijst op de toenemende vergrijzing en het personeelsgebrek in de zorgsector. Dat gebrek kan volgens de raad worden bestreden door meer Turkse en Marokkaanse meisjes voor een opleiding in de zorg te laten kiezen.

Een probleem is volgens de RWI dat het zorgen voor anderen in de cultuur van Turken en Marokkanen niet als 'echt werk' wordt gezien. Ook de vraag of dames van de koran mannelijke patiënten mag wassen zou een rol spelen. Daarnaast is niet duidelijk wat de carrièreperspectieven zijn en kan het beeld van de zorgsector slecht zijn. Dit laatste zou komen door de manier waarop de zorg in het land van herkomst is geregeld.

Turkse en Marokkaanse vrouwen die wel in de zorg werken, zijn volgens de onderzoekers enthousiast en trots op hun vak. De RWI, een overlegorgaan van werkgevers, werknemers en gemeenten, wil dat organisaties in de zorg en de overheid een plan ontwikkelen om meer allochtonen aan te trekken. De raad wijst erop dat het aantal allochtone patiënten toeneemt, zodat allochtone medewerkers goed van pas komen.

Vooral leerlingen in het vmbo zouden enthousiast gemaakt moeten worden. Zorginstellingen moeten volgens de raad in hun beleid meer rekening houden met culturele verschillen op de werkvloer.