Rechtszaak tegen Turkse 'samenzweerders' gaat door

Een rechtbank in Istanbul heeft gisteren de rechtszaak ontvankelijk verklaard tegen 86 mensen die ervan worden verdacht te hebben samengezworen tegen de Turkse regering.

De verdachten, onder wie een aantal voormalige legerofficieren, zijn eerder deze maand door de openbaar aanklager beschuldigd van lidmaatschap van een terroristische beweging of pogingen sociale onrust te veroorzaken teneinde de regering van premier Recep Tayyip Erdogan ten val te brengen.

De zaak heeft de verhoudingen tussen de regering en critici van de overheid op scherp gezet. Volgens sommigen is de rechtszaak een wraakactie van de regering, bedoeld om secularistische groeperingen te intimideren en de mond te snoeren. Seculiere Turken wantrouwen Erdogan en zijn AKP omdat ze Turkije zouden willen islamiseren. Anderen zeggen dat met de rechtszaak een gevaarlijke bende wordt opgerold en dat daarmee de democratie in Turkije is gebaat.

Het hoogste hof in Turkije beraadt zich intussen op de vraag of de regerende AK-partij moet worden ontbonden vanwege 'anti-seculiere activiteiten'.

De zaak tegen de 86 verdachten kwam aan het rollen toen de politie vorig jaar bij een inval in het huis van een officier buiten dienst een partij handgranaten in beslag nam. De beklaagden worden ervan verdacht lid te zijn van Ergenekon, een nationalistische en secularistische groepering. De groep zou in een aantal 2006 aanslagen hebben gepleegd die vervolgens in de schoenen werden geschoven van islamistische activisten.

Van de 86 verdachten zitten er 48 achter tralies, onder wie de schrijver van een aantal bestsellers waarin kritiek wordt geleverd op premier Erdogan. De rechtszaak begint op 20 oktober.